Wonen in een tiny house, hoe is dat? Karin Prins woont samen met haar man en kinderen in een huis van 24 m² en schrijft over de voordelen en valkuilen van klein wonen.
Ze zijn er weer, net als in de voorgaande jaren. Met de winter in aantocht, komen de koolmeesjes, roodborstjes en pimpelmeesjes naar de veranda. Ik vertel hen dat we weggaan. Dat ze zichzelf straks moeten redden, de tweede helft van de winter. Dat ik voor ze hoop, dat de hoge bomen behouden blijven in het nieuwbouwproject.
Net als die eerste winter, twee jaar geleden, staan we weer alleen op een leeg veld. We hebben de buren zien komen, en weer zien gaan. Allen zijn ze heelhuids op de nieuwe locatie aangekomen. Half december staat onze verhuisdatum gepland, zodat Juliette nog tot de kerstvakantie op haar huidige school kan blijven en we de tweedaagse opvang goed kunnen regelen. Maar we popelen. Hier kijken we naar vergane glorie, op de nieuwe locatie in Zeist wordt aan iets nieuws gebouwd.
Het totaalplaatje
Het enthousiasme voor verkassen moest even groeien. Zelf heb ik geen moeite met verhuizen, maar hoe is dit voor de kinderen? Waar doen we goed aan? Voor Juliette is het spannend om naar een nieuwe groep 2 te gaan, op een nieuwe school, ook al kijkt ze uit naar de mooie, nieuwe plek met de vertrouwde buren. Om niet blind te staren op ons tiny House-avontuur, hebben we opnieuw andere mogelijkheden onderzocht en doordacht. Maar om eerlijk te zijn, al bij het zien van de gemiddelde woonlasten en wat we er voor krijgen, slaat de schrik ons om het hart.
Een vriendin, die naast slechte grappen altijd garant staat voor wijze inzichten, zegt mij te kijken naar het totaalplaatje voor de kinderen. De buitenruimte, de dieren, de natuur om in op te groeien, de band met de buren, ontspannen ouders zonder drukkende last van een zware hypotheek. Misschien weegt dat wel op tegen een gebrek aan honkvastheid.
Dan breekt de dag aan dat we met de buren het huidige terrein leeghalen, alle gezamenlijke eigendommen worden in aanhangers en busjes geladen: de speeltuin, de moestuinbakken, de bijenhotels, het fietsenhok. We graven, demonteren, sjouwen eensgezind. De zon schijnt bemoedigend. In een dag verplaatsen we dat wat we binnen twee jaar hebben opgebouwd naar een andere locatie, een andere gemeente. Als vrije vogels. Ik besef weer hoe uniek dit project van een mobiel, groen dorpje is. Wat een voorrecht het is om te wonen in Kleinhuizen, waar dan ook.
- Karin schrijft ook op haar eigen website over haar tiny house-avontuur.
- Meer over klein wonen kun je lezen in Flow-special Het grote boek van minder.