Natalie Bogtman uit Haarlem heeft haar eigen schaapskudde en geeft workshops in vilten en XXL breien.
Wat ben je aan het doen?
“Ik zit in het weiland tussen mijn schapen, soms zit ik hier wel twee uur lang. De een komt meteen een knuffel halen, de ander kijkt de kat uit de boom. Het is een bijzonder, uitstervend ras: het Drents heideschaap met lange haren. Hoewel ze compleet zelfvoorzienend zijn, ga ik toch om de paar dagen naar Zaandam, waar ze in het weiland staan bij de hobbyboerderij van mijn ex. Hij had er vier toen ik hem leerde kennen. Ik hielp met scheren, keek naar die verse wol in mijn handen en dacht: hier moet ik iets mee doen.”
Had je al eens met wol gewerkt?
“Nee, ik had een vaste baan op het hoofdkantoor van een damesmodebedrijf. In mijn vrije tijd schilderde ik, maar met wol deed ik niets. Na wat workshops kwam ik erachter dat vachtvilten me lag. Het is simpel, heerlijk om te doen, maar vooral het resultaat vind ik geweldig. Grof en puur. Echte schapenwollen kleden, waar géén schaap voor gedood is.”
Je werd gegrepen door de wol en bent toen voor jezelf begonnen?
“Ja, maar pas later. Mijn functie kwam te vervallen en ik werd heel ongelukkig op de andere afdeling waar ik terechtkwam. Dat gaf me vorig jaar de schop onder m’n kont die ik nodig had. Met mijn buurman, een meubelmaker, heb ik op het MAAK-terrein in Haarlem een loods gebouwd waar ik mijn workshops geef. De wol komt van mijn kudde, die ik met mijn ex heb uitgebreid tot tweeëntwintig schapen en momenteel acht lammetjes. De rest koop ik in bij een andere vrouw met een kudde Drentse heideschapen hier in de buurt.”
Meer lezen
- Leer meer over het gebruik van Nederlandse wol met The Knitwit Stable.
- Nóg een makkelijke hobby: zo begin je met weven.
- Ben je op zoek naar een origineel teamuitje? Ga schaapjes tellen.
Interview Eva Loesberg Fotografie Carolien Sikkenk
Gepubliceerd op 2 september 2020, laatst bewerkt op 15 februari 2024