Hoewel Flow’s Astrid haar overvolle boekenkast en vintage serviezen heel gezellig vindt, vroeg ze zich toch af of haar huis wat minder vol kon. Ze schreef een jaar lang blogs over de betekenis van spullen en ontspullen. We lichten er opnieuw een aantal uit. Deze keer: het is maar spul.
Soms gaat ontspullen vanzelf. Deze week klonk er een klap en stond even erna een jongen in lichte paniek voor mijn neus. “Het ging niet expres,” was de tekst, en dit betrof mijn lamp die van de schouw was gedonderd. Ik reageerde voor mijn doen heel volwassen – dat het maar een lamp was – maar stond toch stiekem een beetje te balen met de gebroken stukken in mijn hand.
Meegesjouwd uit Cornwall en twee weken lang achter in de auto enorm in de weg gelegen, voor ik hem een ereplaats thuis kon geven. Die lamp dus. En we waren al lekker bezig de afgelopen weken. De dag ervoor had ik zelf de souvenirbeker uit de Engelse stad Bath van de tafel gestoten en twee weken terug lieten we een jas (natuurlijk weer dé lievelingsjas, zo werkt het leven) hangen in een hostel in IJsland. Tot slot was ik zo slim geweest om mijn nieuwe camera in het water te laten vallen.
Op die manier is het een eitje, van je zooi afkomen. Maar waarom moeten van al die spullen die je nog wél hebt, net de leukste kwijtraken of stukgaan? De ware ontspuller zit daar niet mee, denk ik. Die roept gewoon zijn innerboeddhist aan. Wat Boeddha ongeveer zei, was: als je aan niets en niemand bent gehecht, kun je het niet verliezen en doet het geen pijn. Afijn, het loslaten van de aardse materie is deze week mislukt. Ik blijk ook weer niet zo verlicht.
De volgende dag ging ik als een haas naar een winkel om een nieuwe lamp te kopen voor op de lege schouw. De camera ligt bij de fabrikant en de jas is vervangen. Alleen de beker, dat was eigenlijk wel prima, want we hebben nog steeds veel te veel bekers in huis. Genoeg om de hele voetbalclub van mijn het-ging-niet-expres- zoon thee te schenken.
- Meer blogjes van Astrid over ontspullen vind je in Het grote boek van minder.
Tekst en fotografie Astrid van der Hulst