‘Intimiderend intelligent’ werd Susan Sontag genoemd en haar boeken werden bestsellers. Maar ze had ook een glamoureuze kant: ze was bevriend met Jackie Kennedy en werd de vrouw van fotograaf Annie Leibovitz.
“Ik hou echt van leven. Iedere ochtend word ik dankbaar wakker omdat ik leef,” zegt Susan Sontag in een televisie-interview, zo te zien ergens in de jaren tachtig. Iedereen die haar ook maar een beetje heeft gekend, beaamt haar levenslust: Sontag leeft voor twee, minstens. Ze wil alles eruit halen wat erin zit, zeker nadat ze in de jaren zeventig tegen alle verwachtingen in is genezen van een levensbedreigende vorm van borstkanker.
Ze schrijft over oorlog, literatuur, ziekte, politiek, fotografie, pornografie en nog veel meer; ze is een rockster, de hogepriester van de kunst. Ook al heb je nooit iets van haar gelezen, iedereen kent Susan Sontag – en de karakteristieke witte streep in haar zwartgeverfde haar.
Voor haar gelden de normale regels niet: ze is bijzonder. Dat is ook hard werken, blijkt uit haar dagboeken waarin ze zichzelf regelmatig streng toespreekt: ze moet beter haar best doen! Ook omdat ze zichzelf zo voor een groot deel ‘maakt’, vindt ze de realiteit – inclusief de dood – eigenlijk niet op haar van toepassing. Als je maar hard werkt en wanneer nodig veel pijn en ellende verdraagt, kun je alles overwinnen, misschien stiekem zelfs wel de dood.
Geestverwanten
Met de dood krijgt ze al vroeg te maken, het meisje dat op 16 januari 1933 als Susan Rosenblatt in New York wordt geboren. Haar vader, de ambitieuze zakenman Jack Rosenblatt, sterft als Susan vijf jaar oud is aan tbc in China, waar hij zaken doet.
Zijn vrouw Mildred, die de lelijke kanten van het leven waar mogelijk uit de weg gaat, vertelt Susan en haar drie jaar jongere zusje Judith pas na een paar maanden dat ze geen vader meer hebben. ‘Het leek zo onwerkelijk. Ik had geen enkel bewijs dat hij echt dood was. Jarenlang koesterde ik de droom dat hij op een dag weer op de stoep zou staan,’ schrijft Susan later.
Mildred vindt troost in wodka en pillen, verhuist van staat naar staat en verslijt de ene ‘oom’ na de andere. Als er geen man in haar leven is, leunt ze sterk op haar oudste dochter, die ze echter aan de kant schuift als de volgende heer op het toneel verschijnt. ‘Ik was niet mijn moeders kind, maar haar onderdaan, haar gezelschap, haar vriend, haar begeleider.’ In 1946 hertrouwt Mildred met Nathan Sontag, wat haar dochters een nieuwe achternaam oplevert. Het nieuwe gezin vestigt zich in Los Angeles.
Al heel vroeg leert Susan een belangrijke les: als het moeilijk wordt, zijn er altijd boeken. Op jonge leeftijd is ze al zeer belezen. De romans en filosofische werken die ze leest, troosten haar. Maar ze brengen haar ook in een isolement, want ze kan haar kennis met niemand delen. Op haar veertiende heeft ze al meer gelezen dan haar docenten op de middelbare school. Geen wonder dat ze zich er verveelt. In Californië is ze wel minder geïsoleerd dan voorheen: er zijn daar boekhandels, bioscopen en zelfs geestverwanten.
Op haar vijftiende gaat ze studeren, eerst in Berkeley, waar ze de liefde ontdekt. Ze krijgt een relatie met Harriet Sohmers Zwerling, die ze – waar anders? – in een boekhandel ontmoet. Harriet introduceert Susan in de lesbische subcultuur van San Francisco. Het is geweldig en bevrijdend, maar ze vindt het een tikje beschamend: ze wil niet homoseksueel zijn. In het kader van haar niet-aflatende strijd om zichzelf te verbeteren blijft ze proberen om (ook) hetero te zijn.
- Het complete verhaal over Susan Sontag vind je in Flow 1.
- Meer over Sontag kun je lezen in het boek Sontag – Haar leven en werk van Benjamin Moser. Vertaald door Lidwien Biekmann en Koos Mebius. (De Arbeiderspers)
Tekst Liddie Austin Fotografie Getty Images