De charme van een ‘echte’ camera (+ tips van deskundigen voor de perfecte foto)

Caroline Buijs is creative managing editor van Flow en heeft contact met illustratoren over de hele wereld én een creatieve blik. Ze weet als geen ander: iets met je handen maken, geeft rust in je hoofd. Deze keer: de charme van een ‘echte’ camera.

Pas geleden verscheen een fotoboek van Paul McCartney: 1964 eyes of the storm, met verloren gewaande foto’s die hij maakte in de tijd dat The Beatles nét doorbraken – in 1964 dus. Een fotografisch dagboek van de eerste grote reis van The Beatles door zes steden, waaronder Londen, Parijs, New York en Miami.

Er staan geweldige foto’s in: een slapende George Harrison, John Lennon die in een zwembad springt, selfies in een spiegel (uiteraard zonder selfiecamera). Foto’s die een mooi tijdsbeeld laten zien, zoals een Parijs’ café (tijdloos, viel me op) en New Yorkse reclameborden uit 1964. Grappig dat wat ik leuk vind aan foto’s maken met een ‘echt’ fototoestel – de tijd nemen en goed kijken – voor McCartney destijds niet gold. Puur omdat hij die tijd niet had: om hem heen was het altijd chaos door de Beatlemania. McCartney: “Sommige foto’s zijn wat onscherp, dus ik zou kunnen zeggen: had ik maar even de tijd genomen om beter te focussen. Maar daar hadden we de tijd niet voor. (…) Ons leven ging zo snel dat we moesten pakken wat we konden pakken. Vandaar dat sommige foto’s scherper zijn dan andere. Maar dat vind ik juist mooi, die afwisseling bevalt me goed.”

Gedreven om te kijken

De wereld laten zien door jouw ogen: dat doe je als je een foto maakt. Kan prima met de camera op je smartphone, maar de lol van een echt fototoestel – waarbij je zelf alles instelt – is dat je er, mits je geen Beatle bent, meer de tijd voor neemt en nauwkeuriger kijkt. Lees je over fotografie en spreek je met fotografen, dan merk je al gauw dat iedereen benadrukt dat het om kijken gaat. Fotograaf Vincent Mentzel zegt daarover in zijn boek Vincent Mentzel. Foto’s: “Kijken, je wordt almaar gedreven om te kijken. Dat is het allerleukste. Dat er een gevoel door je lichaam gaat als je kijkt naar een mooi schilderij, een mooie foto, een mooie vrouw of een mooie man.”

Fotograaf Anki Wijnen, schrijver van het boek Shoot!, denkt dat wanneer je fotografeert met een ‘echte’ camera in plaats van een smartphone, je je bewuster bent van de foto die je maakt. Want je hebt een camera immers vast om mee te fotograferen, niet om mee te whatsappen. Wijnen: “De focus is beter. In plaats van een snapshot wordt het ineens een echt beeld dat je aan het maken bent. Een camera heeft een zoeker en als je daardoorheen kijkt in plaats van via een schermpje, dan word je niet gehinderd door invallend licht. Zo zie je je compositie beter: je merkt dat je echt in de foto gezogen wordt en je de compositie bewuster kiest.”

De zomervakantie staat voor mij symbool voor rust, voor echtheid, voor plezier, voor de lol van iets leren. Voor experimenteren en ontdekken dat je eerst mislukte foto’s moet maken voordat je snapt hoe je camera werkt. Een mooie gelegenheid om te experimenteren met een (analoog) fototoestel.

1964 eyes of the storm, Paul McCartney (Spectrum)

5 tips van fotograaf David van Dam uit NRC

  1. Vang het moment: een foto wordt een stuk leuker als hij niet al te statisch is. Wacht daarom op het moment dat er bijvoorbeeld een vogel door het beeld vliegt of iets beweegt in de wind.
  2. Gouden uurtje: ’s ochtends en aan het eind van de middag staat de zon laag en is het licht veel geler van kleur. Wanneer je in zo’n ‘gouden uurtje’ een foto met tegenlicht enigszins onderbelicht, krijg je prachtige silhouetten en een vol gele, warme kleur.
  3. Aandacht trekken: wat scherp is, krijgt aandacht. Als alles in de foto even scherp is, kan dat onrustig zijn; de kijker heeft geen punt om op te focussen. Door iets onscherp in de voorgrond te nemen of juist de achtergrond onscherp te houden, creëer je een rustig beeld met veel diepte.
  4. Verhoudingen: door juist mensen in beeld te laten als je bijvoorbeeld een toren, standbeeld of gebouw fotografeert, is aan de verhoudingen te zien hoe groot of klein iets is.
  5. Het zit ’m in de details: het huisnummerbordje van je appartement, de luiken, een mooie bloem of de kaart van het gebied vormen leuke inzetjes die je vakantiefotoboek afmaken.

5 tips om je compositie beter te maken van fotograaf Anki Wijnen

  1. Houd de horizon recht.
  2. Let op dat je niet per ongeluk iemands hoofd of arm ‘afknipt’ als je je foto maakt of bijsnijdt.
  3. Focus naast het midden: foto’s waar het onderwerp in het midden staat ogen vaak saai.
  4. Bewandel eens een ander pad dan het geijkte. Doe niet wat je denkt dat er van je verwacht wordt.
  5. Je onderwerp komt het beste tot zijn recht als de achtergrond niet te veel afleiding geeft.

Meer lezen

Tekst en fotografie Caroline Buijs
Gepubliceerd op 25 juni 2023

Promotional image

Van mental health tot goed nieuws

Flow nieuwsbrief

Wil je nog meer verhalen van Flow? Twee keer per week versturen we een mail met nieuwe artikelen.

SCHRIJF JE IN