Welk verhaal vertellen ze niet op tv of in de krant? Journalist Angelo van Schaik woont in Rome en haalt zijn eten net als veel Romeinen bij moestuinen en lokale markten.
De bel gaat. Mijn buurman Fabrizio drukt me een schaal zelfgemaakte tortellini en een pannetje bouillon in de hand. “Ik hoorde dat je ziek was en ik was toch bezig… Tortellini in brodo, da’s goed voor je.” En weg is hij. Later hoor ik dat hij de hele dag bezig is geweest met de beste producten uitzoeken, deeg kneden, vlees koken. De tortellini smaakten goddelijk. Na zestien jaar Rome heb ik geleerd: eten is belangrijk. Niet het moment of de plek – de beste restaurants zijn vaak helemaal niet ‘gezellig’ – maar het voedsel zélf. Eten is een religie in dit land. En dus zijn Italianen er veel mee bezig. Ze gaan naar hun vertrouwde slager, naar de – biologische – markt voor de beste groente en het mooiste fruit en maken het liefst alles zelf. Want kant-en-klaar uit de supermarkt, dat is uit den boze.
Moestuin met uitzicht
Fabrizio (43) werkt als journalist bij de televisiezender RAI, komt oorspronkelijk uit de buurt van Bologna en woont met zijn vrouw en twee kinderen in hetzelfde palazzo als ik in Rome. Zij op de begane grond en ik op de vierde verdieping. Vanzelfsprekend is de keuken van de regio Emilia-Romagna de beste van Italië, nee, van de wereld. (Zijn Toscaanse vrouw Teresa denkt er heel anders over: “In Toscane, daar eet je pas écht lekker.”)
De tortellini in brodo, gevulde pasta in bouillon, is een traditioneel streekgerecht en wordt door Fabrizio dan ook met trots en zorgvuldigheid bereid, dezelfde zorgvuldigheid waarmee hij zijn moestuin bijhoudt. De moestuin ligt aan de buitenrand van onze wijk, Monte Mario in het noordwesten van Rome, tegen het Parco dell’Insugherata aan, een natuurreservaat van zo’n 740 hectare binnen de gemeentegrenzen. Vijf minuten scooteren en we staan tussen de schapen in het groen. Op de heuvel, die aan de ene kant uitkijkt over de wijk en aan de andere kant over het enorme natuurgebied, verhuurt eigenaar en boer Angelo stukjes grond aan mensen als Fabrizio die groenten willen verbouwen.
“We betalen een symbolisch bedrag van één euro per maand.” Fabrizio gaat me voor naar zo’n vijftig vierkante meter met gaas omheinde moestuin op de zuidflank van de heuvel. De zon schijnt volop, het is pas januari maar het voelt als lente. “Dat gaas is echt noodzakelijk, want het stikt hier van de wilde zwijnen en stekelvarkens. Die beesten maken alles kapot.” Hij schuift de rechtopstaande pallet die dienstdoet als poort opzij en loopt voorzichtig tussen zijn aanplant door. Met een keukenmesje snijdt Fabrizio stronken broccoli af.
Hij is hier meestal een of twee keer in de week en verzorgt de moestuin met een vriend. “We deden het eerst met vier gezinnen, maar nu zijn we nog maar met zijn tweeën. Je moet ‘gezinnen’ trouwens met een korreltje zout nemen, mijn vrouw komt hier alleen in de zomer om te barbecueën.”
- Angelo van Schaik houdt een blog bij over zijn Romeinse leven: Vita Romana.
- Het volledige verhaal ‘Eten uit de moestuin in Rome’ kun je lezen in Flow 3.
Tekst en fotografie Angelo van Schaik