Waarom het goed is om ruimte te maken voor pijn en verdriet

ruimte

Het najagen van geluk maakt ons mentaal ziek, zegt psychiater en filosoof Damiaan Denys. Juist door ruimte te maken voor pijn en verdriet zullen de mooie momenten ons vaker overvallen.

U noemt ons streven naar geluk irreëel. Waarom?

“Voor veel mensen betekent geluk dat hun behoeftes en verlangens onmiddellijk worden vervuld. Als een soort van op vakantie zijn. Het is warm weer, er is een fijn strand, lekker eten, je kunt leuke dingen doen met de kinderen, er is vrijheid en autonomie. Dat is voor veel mensen het embleem van geluk. Ik geloof dat daar een aantal misverstanden achter schuilgaan.

Eén: geluk is maakbaar. Twee: we hebben recht op geluk, dus het moet voor iedereen haalbaar zijn. En drie: als ik me maar hard genoeg inspan, komt het geluk wel mijn kant op. Die drie aannames zijn natuurlijk niet waar. Ik durf te stellen dat deze misverstanden de oorzaak zijn van een groot deel van onze mentale klachten. We krijgen er stress van, raken burn-out en worden depressief.”

Wat is uw definitie van geluk?

“Geluk betekent voor mij het overvallen worden door een geluksmoment. Het zit dus in het passief ontvangen, nooit in het actief verwezenlijken. Ik herinner me zo’n moment een paar jaar geleden. Ik kwam thuis van mijn werk en had drie weken vakantie. Het was zomer en mooi weer. De kinderen speelden in de tuin, mijn vrouw was aan het koken. Ik klom op de trampoline, mijn favoriete muziek in mijn oren, en begon te springen. Op de een of andere manier viel alles samen.

Er was een totale harmonie van het perspectief op vakantie, mijn gezin om me heen, de temperatuur, mijn gemoed, de muziek en het af en toe in het luchtledige hangen. Toen overviel me een gelukzalig gevoel van geluk. Maar het hoeft niet zo idyllisch te zijn hè.

Het gebeurde ook toen ik op een trein wachtte. Het station was leeg en koud, ik luisterde ook naar muziek. De tonaliteit van de muziek viel samen met de melancholie van dat ontheemde station. Voor mij hebben die momenten te maken met een harmonieus gevoel van emoties, gedrag en beleving. Ik kan het niet sturen, het overvalt me. Als ik met dat doel op de trampoline ga springen, gebeurt er niets.”

In uw nieuwste boek probeert u de geluksparadox op te lossen. Wat is dat?

“Nederland behoort al jaren tot de gelukkigste landen ter wereld. Criteria daarvoor zijn onder meer de welvaart, het onderwijsniveau, de veiligheid, de mate van vrijheid – bijvoorbeeld: kun je openlijk homo zijn? Nederland scoort dus hoog. Toch is het zo dat bijna de helft van de bevolking mentaal lijdt, door psychische stoornissen of doordat mensen kampen met stress, angst, eenzaamheid, depressie of angst.

De objectieve gelukscriteria vertalen zich dus niet in een subjectief geluksgevoel. Hoe moet je die paradox begrijpen? Mijn antwoord is: we gaan ervan uit dat welvaart goed is voor een mens, maar dat is niet waar. Integendeel, lijden is misschien wel belangrijker voor mentale gezondheid dan geluk.

De mentaal sterkste, veerkrachtigste mensen zijn vaak veel geconfronteerd met tekortkomingen, pijn en verdriet. Creatieve mensen weten dat de creativiteit pas echt goed op gang komt als je jezelf dwingt te lijden. Dat zie je bij musici, die eindeloos lijden om een bepaald niveau te bereiken.”

Wat heeft dat met welvaart te maken?

“Ons wordt voorgeschoteld dat geluk te koop is. Als je een nieuwe Volkswagen Golf koopt, is die niet bedoeld om mee te rijden, maar om jou gelukkig te maken. Zo wordt er geadverteerd. Een nieuwe spijkerbroek zal jou gelukkig maken omdat er meer mensen naar je kijken. Noem maar op. Elk product wordt aan de garantie op geluk gekoppeld. Waardoor het misverstand in stand blijft dat je gelukkig zult worden als je die artikelen koopt.”

Waarom werkt het niet om te streven naar geluk?

“Als je iemand die honger heeft een boterham met kaas geeft, wordt hij daar gelukkig van. Hij krijgt een volle buik en het smaakt, dat is fantastisch. De volgende keer dat je hem een boterham geeft, is hij daar ook nog blij mee, maar al een klein beetje minder. Als je hem de dag erop stapels boterhammen geeft, zal hij ervan walgen.

Mensen zitten zo in elkaar dat ze bizar snel gewend raken aan de dingen die hun geluk verschaffen. Of het nu een boterham, een Lamborghini of een nieuwe liefde is. Alles wat we onszelf toe-eigenen om gelukkig te worden, werkt alleen kortstondig en minder naarmate we het vaker doen. Ook binnen een relatie geldt: lekker uit eten gaan met je partner is fantastisch, maar dat moet je niet elke dag doen. Je moet soms een paar weken afzien in de dagelijkse sleur, en dan zeg je: en nu gaan we een weekend naar zee.

Die piekmomenten bestaan alleen bij de gratie van de andere momenten. Om geluk te ervaren moet je dus niet verlangen naar die boterham met kaas, maar weer een tijdje honger lijden. Voor mij is de essentiële vraag niet: hoe verhoud je je tot geluk, maar: hoe verhoud je je tot het lijden? Omdat dat de weg naar het geluk is.”

Dus we moeten lijden omarmen?

“Wij, de moderne mensen, vinden lijden problematisch. Als we verdriet hebben, zeggen we tegen onszelf: dit wil ik niet, dit komt me niet uit, want ik moet werken of de kinderen van school halen. We beschouwen lijden niet als iets wat tot ons menszijn behoort, maar zien het als ongewenst. Maar als jij aan het huilen bent, wil dat iets zeggen. Het is een uitnodiging om na te denken: wat is er aan de hand?

Juist door aandacht te hebben voor dat verdriet, kun je ervan leren en kom je tot oplossingen. In plaats daarvan gaan we iets doen of shoppen of heel hard door met ons leven. Maar waarom zou ons verdriet minder aandacht mogen krijgen dan ons geluk?”

U stelt dat mensen te snel naar een psycholoog gaan met heel gewone levenskwesties als rouw of een scheiding. Waar moet je dan naartoe als je het gevoel hebt kopje-onder te gaan?

“De vraag is: wanneer ga je kopje-onder? We spiegelen ons aan een irreëel ideaalbeeld waarin lijden geen plek heeft – een ideaalbeeld dat beroemdheden en social media ons voorschotelen, van het optimale gewicht, de intelligentste uitspraken, de interessantste vakantie. Als we daarvan afwijken met klachten als burn-out, stress of lichte depressie hebben we al snel het gevoel dat we kopje-onder gaan.

Maar als we een reëler beeld zouden hebben van wat we moeten zijn als mens – die soms ook verdrietig is, kan falen, niet altijd mooi hoeft te zijn – zouden we minder snel lijden. Dat was ook de boodschap van Jezus aan het kruis binnen het christendom. Hij belichaamt de lijdende mens. Dat was wreed, maar strategisch slim bedacht. Eigenlijk zei men daarmee: dit is de mens zoals hij zou moeten zijn. Waardoor je beseft: hé, ik heb het zo slecht nog niet, want ik sterf niet van pijn aan een kruis.”

Een diagnose lijkt soms ook een vrijbrief voor mensen om zich rot te mogen voelen.

“Het is een rechtvaardiging van het lijden. Zie, ik heb iets, nu mag ik verdrietig zijn of moe of bang. Maar wat ook meespeelt, is dat de buitenwereld pas bij een diagnose echt luistert. Voel je je rot? Joh, vroeg naar bed. Heb je een depressie? Wat verschrikkelijk!”

Het is wel menselijk om je snel weer prettig te willen voelen.

“Zeker! Ik zeg ook niet dat we zo veel mogelijk moeten lijden. Maar je kunt sneller van je problemen afkomen en er meer van leren door het lijden een plaats te gunnen in je leven, het te accepteren en erover na te denken, dan door het te problematiseren en te beschouwen als iets onwenselijks.

Kijk hoeveel mensen bereid zijn om lichamelijk te lijden. Urenlang zweten in gyms, in ijsbaden zitten: dat vinden we allemaal acceptabel. Maar geestelijk afzien vinden we ingewikkeld. We zijn er bang voor, omdat het buiten onze controle valt. Maar ook dat vergt oefening. Ga het aan.”

Op social media delen mensen hun tegenslag vaker dan vroeger. Biedt dat steun?

“De nood om psychisch lijden openbaar te maken, heeft meer met de erkenning en de rechtvaardiging van het lijden te maken dan met aanvaarding of verwerking. Social media schaden de intimiteit van het psychisch lijden. Ik vind dat er een naar randje aan zit, namelijk dat we onszelf graag tot slachtoffer benoemen. Zeker onder bekende mensen is een slachtoffercultuur ontstaan, waarbij iedereen etaleert dat ie ook een beetje depressief is of ook worstelt met kanker. Ik vraag me af wie daar iets aan heeft.

Jouw lijden wordt verlicht door een goed gesprek met een vriend of vriendin of door het lezen van een boek, niet door het gecultiveerde leed van anderen op social media en televisie en in de bladen. Ik vind het ook een verkeerde manier om je individualisme tentoon te spreiden. Lijden is iets intiems. Het is zwaarder om je verdriet en pijn louter met een intieme kring te delen, maar integerder dan wanneer je uitschreeuwt hoezeer je lijdt.

Recent was het overlijden van Chadwick Boseman in het nieuws, de acteur uit Black Panther. Hij was 43, had al vier jaar darmkanker en heeft al die tijd doorgewerkt. Alleen zijn intimi wisten ervan. Dat inspireert me. Dat vind ik echt heldendom. Als mensen zich zo gaan gedragen, ontstaat er langzaam een andere cultuur rondom lijden en maakbaarheid.”

Van welke filosofen kunnen we leren ons te verhouden tot geluk?

“Er zijn maar twee uitspraken van filosofen die je moet onthouden. Ze zijn eenvoudig, maar lastig te verwezenlijken. De eerste is van Nietzsche, die zei: ‘Aanvaard het leven’, waarmee hij bedoelt dat je moet leren aanvaarden wat jou toekomt. Ook geluk moet je leren aanvaarden, je moet het kunnen en durven ontwaren omdat het in kleine dingen zit.

Als ik door een bos wandel, zit er voor mij achter elke boom geluk. Het kan een verwelkte bloem zijn waar een vlinder op landt of een vallend blad. De kunst is om het te zien. Dus aanvaarden betekent de positieve dingen van het leven kunnen zien, maar het ook aanvaarden als het slecht gaat. Wat je tekortkomingen zijn, dat je moeder dementeert, dat je kind niet aan je verwachtingen voldoet. Als je dat kunt, leef je in harmonie met de werkelijkheid, en ben je al een heel eind.

De tweede is een uitspraak van Socrates: ‘Ken jezelf.’ Je hele leven is eigenlijk bedoeld om te achterhalen wie je bent. Omdat je steeds verandert, zal er altijd een discrepantie zijn tussen wie je feitelijk bent en wat je van jezelf kunt begrijpen. Telkens is er de vraag: waar liggen mijn verlangens, wat vind ik belangrijk? Hoe beter je jezelf kent, hoe beter jouw keuzes in harmonie zullen zijn met wie je bent. En hoe groter de kans dat het geluk je zal overvallen.”

Over Damiaan Denys

Damiaan Denys (1965) is een Vlaamse filosoof en psychiater, die woont en werkt in Nederland. Hij is afdelingshoofd psychiatrie van het AMC en hoogleraar aan de Universiteit van Amsterdam. Daarnaast houdt hij lezingen. Recent verscheen zijn boek Het tekort van het teveel – De paradox van de geestelijke gezondheidszorg (Nijgh & Van Ditmar).

Interview Brenda van Osch Fotografie Collins Lesulie/Unsplash.com

Promotional image

Van mental health tot goed nieuws

Flow nieuwsbrief

Wil je nog meer verhalen van Flow? Twee keer per week versturen we een mail met nieuwe artikelen.

SCHRIJF JE IN