10 haalbare tips voor kleine tuinen en balkons

Kleine tuin tips

Een buitenplek hoeft niet groot te zijn. Als ie maar groen of bloemig is, of allebei. Tien haalbare tips voor je balkon of kleine tuin.

1. Tegels eruit, groen erin

Een lange, warme zomer doet iets met een woonwijk; het wordt er heet. Dat komt door bakstenen en bestrating, die gaan gloeien van de warmte. Een tuin kan dan je safe space zijn: een paar vierkante meter waar je minder hittestress ervaart. Kies daarom voor zo min mogelijk tegels en zo veel mogelijk groen. Want groen koelt de lucht, neemt fijnstof op, isoleert geluid en heeft een ontspannende werking.

Voorzie je tuin het liefst van vaste planten, zo hoef je niet elk jaar nieuwe te kopen. Leuk beginspul: helianten (zonnewortels), persicaria of zomer- en herfstasters. Die bloeien lang en trekken veel bijen aan. Ze sterven in het najaar weliswaar boven de grond af, maar in het voorjaar komen ze met extra bloemen terug. Vaste planten zoals skimmia, klimmer Toscaanse jasmijn en leliegras blijven ook in de winter mooi.

Een boom is altijd een goed idee, ook als schaduwbrenger in de zomer. Denk aan een (roze bloeiende!) Amerikaanse judasboom of aan een fruitboom, die bloesem en vruchten geeft. Je trekt er ook nog eens vogels mee aan, die een boom als uitzichttoren en rustplek benutten en de stam afspeuren naar insecten als tussendoortje.

2. Balkonscène

Woon je in een appartement met balkon? Creëer dan een groen uitzicht. Niet elk balkon heeft dezelfde draagkracht (check dit bij je vve of verhuurder), maar je kunt al gauw 130 kilo per vierkante meter kwijt. Handig zijn lichtgewicht, plastic potten met een gat onderin voor waterafvoer. Zet hier salvia’s in, ooievaarsbek Rozanne, cosmea of vingerhoedskruid, stuk voor stuk bijenmagneten.

Aan de reling kun je bakken hangen met tuimelende klokjesbloemen en Oost-Indische kers. De smaak te pakken? Tacker dubbelgevouwen antiworteldoek in twee veilingkratten die je vult met een centimeter of drie hydrokorrels, potgrond van Bio-Kultura en bijvoorbeeld een ‘balkontuintje’ met vaste planten van sprinklr.co.

Hydrokorrels zijn lichter dan aarde – fijn op een balkon – en nemen water op. Zo droogt de aarde minder snel uit en blijft er wat lucht onder in de pot: fijn voor de wortels van de plant. Bio-Kultura heeft mooie, rulle biologische potgrond zonder tuinturf en sprinklr.co is een fijn biologisch adres, ook voor tiny forests.

3. (Bio)logisch

Bij biologisch gekweekte planten weet je dat er duurzame keuzes zijn gemaakt: de kweker gebruikt geen kunstmest en pesticiden, wat alleen al goed nieuws is voor de grond en het bodemleven op de kwekerij zelf. Bijkomend voordeel is dat vlinders, bijen en andere dieren die op je tuin afkomen niet ziek worden. Van pesticiden raakt hun brein gedesoriënteerd, waardoor ze de weg naar hun voedsel en veilige plek niet meer vinden en sterven.

Gelukkig zijn er steeds meer biologische kwekers, kijk bijvoorbeeld op biotuinwijzer.nl en hetbloembalkon.nl. Vaak hebben ze bijzondere plantensoorten die je niet overal ziet. Kun je meteen vragen wat het goed doet op dat donkere, drassige stukje tuin. Wellicht heeft de kweker moerasspirea, een moerasvergeet-mij-nietje, purperklokje, akelei of wijfjesvaren, die het allemaal goed doen met natte voeten. Je balkon op het noorden kun je dan weer opfleuren met gebroken hartje, ooievaarsbek, klaverzuring en eenjarige tabaksplanten en vlijtige liesjes.

4. In- of uitheems?

De laatste tijd zijn inheemse planten erg gewild: smeerwortel bijvoorbeeld, duizendblad, muskuskaasjeskruid of lijsterbes. Begrijpelijk, want die planten van hier hebben beestjes van hier veel te bieden. Maar hommels, vlinders, zweefvliegen en bijen gaat het vooral om nectar. En die zit ook in uitheemse, bloeiende types zoals choisya, bruidsbloem, boerenjasmijn, of perovskia: forse planten die je tuin meteen body geven.

Ze bloeien na elkaar van april tot en met september – bijen weten ze moeiteloos te vinden – en ruiken lekker, van zoet tot kruidig. Ga voor een mix van soorten: zo trek je ook verschillende soorten diertjes aan en ben je zowel flora- als faunadivers bezig.

5. Vogelwalhalla

Vogels doe je een plezier met een krentenboompje bijvoorbeeld, een heester als rode kornoelje of klimmer vuurdoorn langs de gevel. Ze verstoppen zich er graag in en zijn dol op de bessen. Een haag vinden ze ook fijn, vanwege de insecten erin en de takjes eronder, die ze gebruiken voor een nest. Er zijn ook lovebirds die zweren bij een nestkast: op vogelbescherming.nl vind je ze voor stadstuinvogels zoals mezen, merels en winterkoninkjes.

Hoe je nou weet welke vogels er in jouw buurt wonen? Tik op vogelbescherming.nl je postcode in en er verschijnt een heel rijtje, plus de planten die zij het prettigst vinden. Ook welkom: een lage waterschaal voor vogels, om uit te drinken en in te badderen. En natuurlijk pindaslingers, vetbollen en bakjes met zaden en pitten. Omdat er in woonwijken weinig voedsel voor vogels te vinden is, mag je ze het hele jaar bijvoeren. Dan blijven ze je graag opzoeken.

6. Bodemvondst

Als de bodem goed is, groeit er zo van alles. Is je nieuwbouwhuis-met-tuin net opgeleverd, dan kan het zijn dat je de aarde tot op een halve meter moet opschonen. Werk vervolgens flink wat compost door de schone aarde heen voor de benodigde voedingsstoffen. Je kunt het bij het tuincentrum halen of soms gratis, via het groene loket van de gemeente.

Neem je een tuin van iemand over, dan is de aarde vaak al in balans. Laat je tuin gerust lekker vol groeien: een begroeide bodem droogt minder snel uit en daar profiteren je planten van. In de herfst is het verstandig om bladeren van het gazon te harken, want ze kunnen je gras verstikken. In de rest van de tuin is blad juist fijn, tegen de vorst, als voedsel voor het bodemleven en als overwinteringsplek voor allerlei diertjes.

7. De lucht in

Wie denkt dat een kleine tuin of balkon zo vol is, vergeet misschien de verticale meters zoals gevels en schuurmuurtjes. Zet daar een plantenklimrek, dat je kunt kopen maar ook voor een paar euro zelf maakt – zodat het precies op jouw smalle balkonmuur past of om de deur loopt van je fietsenschuur.

Koop bamboestokken, bedenk hoe ver je de sporten van het klimrek uit elkaar wilt hebben, zaag de stokken op maat en leg ze als een ruitraster neer. Googel op ‘dwarsbalkknoop’ en knoop de stokken op de kruispunten met stevig touw aan elkaar. Schroef een paar haakjes in de (houten) muur en hang je doe-het-zelfrek op. Kies dan voor zowel een vroegbloeiende als een later bloeiende clematissoort, zodat er het hele seizoen iets bloeit.

Of plant een rambler: een snelgroeiende klimroos met lange takken die je gevel zo met duizenden bloemetjes bedekt. Ramblerroos Bobbie James doet dat in wit, Francis E. Lester in roze-wit. Ramblers zijn sterke rozen, ze worden zelden ziek. Ze bloeien kort, maar houden mooi blad en krijgen in het najaar vaak duizenden botteltjes, ook dat ziet er leuk uit. Je hebt ook doorbloeiende rozen zoals Bantry Bay, met grote roze bloemen die bloeien van juni tot de herfst. Een alternatief is blauwe regen of een druif.

8. Pluk me dan

Rucola en radijsjes zijn makkelijk te telen en oogst je vaak al binnen vier weken. Aardappels en bietjes duren iets langer, maar in maart poten betekent in juni oogsten. Qua fruitboom is een zelfbestuivende appelsoort zoals elstar handig: dan heb je aan één boom voldoende om in het najaar vruchten te kunnen plukken. Verder zijn frambozenplanten slim, want die komen elk jaar met nieuwe scheuten. Plant je zomer- én herfstframbozen, dan kun je tot eind oktober oogsten.

Kweken op een balkon kan ook: plant aardbeien in een hanging basket, cherrytomaatjes in een veilingkrat en poot aardappels in een goed afwaterende cementkuip. Of leg een theetuin aan met verveine, Marokkaanse munt en geurende roze jasmijn (gezien bij vreeken.nl). Je theeplanten kun je het best elk in een flinke pot met potgrond planten en bijvoorbeeld op een kastje zetten. Hang een smalle bak aan de binnenkant van je balkonreling en vul hem met pluksla en radijsjes, die wortelen niet zo diep.

Ook peterselie, citroentijm, basilicum en bieslook doen het daar goed. Geef ze regelmatig water; uitgedroogde grond is een teken dat je net te lang gewacht hebt. Fruit, groenten en kruiden houden van zon, maar peterselie, munt en bieslook doen het ook in de schaduw. Een leuke pot met rozemarijn ernaast en je oogst zo botanicals voor bij je broodje geitenkaas, salade of cocktail.

Ga je kruiden oogsten, knip dan alleen de toppen, zo kan de plant verder groeien. Tip: koop je weleens een kruidenplantje bij de supermarkt? Vaak zijn het een paar plantjes die je voorzichtig uit elkaar kunt halen. Zet ze als losse plantjes in de aarde of geef ze een eigen potje met potgrond. Zo hebben ze meer ruimte om te groeien en heb jij veel langer plezier van je aankoop.

9. Hemels water

Onmisbaar in een tuin: een gieter. Met een exemplaar met een lange tuit kom je makkelijk op de aarde onder de blaadjes. Giet je het water op de potgrond bij de plant, dan zakken de druppels naar beneden, worden ze opgeslokt door de wortels en krijgt een bloeiende plant zin om mooie groene bladeren te maken en te gaan bloeien.

Elke plant heeft zijn eigen wensen, die staan op het kaartje als je de plant koopt. Wat je kunt aanhouden: voelt de aarde droog aan als je deze met je vingers aandrukt, dan lust de plant wel een slok. Zorg altijd voor een of meerdere gaten onder in de potten. Dan kan overtollig water weglopen en verdrinkt je plant niet. Weleens gedacht aan een regenton? Werkt prima om hemelwater op te vangen, ook op je balkon. Kijk eens op elho.com, daar vind je regentonnen voor aan de regenpijp.

10. Uit het zicht

Met een parasol, luifel of boom zit je meer privé in je kleine tuin. Een beuk of eik past letterlijk niet zo goed, maar een magnolia, wimperlinde of dakplataan werkt prima. Bomen groeien niet snel, koop daarom bij een kweker een boom die al wat groter is. Bij een balkon kun je een rieten rokje tussen de balkonspijlen weven, al haal je dan wel licht weg.

Je kunt ook denken aan een rijtje bakken onder aan de reling met daarin gaura (vlinderachtige bloemen) en siergrassen als lampenpoetsersgras, smele en zegge. Wil je de spijlen echt wegwerken, dan kun je er een schapenhek van kastanjehouten paaltjes voor plaatsen. Meet de afstand tussen de spijlen op en googel op ‘houten schapenhek’, dan kom je adressen tegen waar je de geschikte maat per meter kunt kopen. Zet er links en rechts een bak voor met gebloemde haagwinde en klimop: die groeien razendsnel.

Liever alleen klimop? Ga voor een bontbladige soort. Dat ziet er lichter en frisser uit dan de effen donkergroene en blijft ook de hele winter groen. Vul de plantenbakken verder met kleurige eenjarigen: tegen uitdroging van de aarde en voor de gezelligheid.

Meer lezen

Tekst en fotografie Suzanne de Boer  Fotografie Smrithi Rao/Unsplash.com
Gepubliceerd op 16 mei 2023, laatst bewerkt op 30 april 2024

Promotional image

Van mental health tot goed nieuws

Flow nieuwsbrief

Wil je nog meer verhalen van Flow? Twee keer per week versturen we een mail met nieuwe artikelen.

SCHRIJF JE IN