Eén op de vijf mensen is hoogsensitief: extra gevoelig voor externe en interne triggers. Als je dat weet van jezelf, snap je waarom je meer behoefte hebt aan rust of alleen-tijd.
Eerlijk is eerlijk, toen in maart werd aangekondigd dat het openbare leven zou worden stilgelegd vanwege het coronavirus, was ik (Hagar Jobse) daar niet zo rouwig om. Begrijp me niet verkeerd: de situatie waarin we opeens verzeild raakten, vond ik allesbehalve leuk. Als ik ’s nachts in bed lag, greep de angst dat mijn vader of oma – beiden behorend tot de risicogroep – op de IC zou belanden me naar de keel.
Ook voelde ik me neerslachtig bij de gedachte aan de chaos en ellende die deze crisis in minder bevoorrechte landen dan Nederland zou aanrichten. Maar het vooruitzicht wekenlang geen feestjes of bezoekjes aan de kroeg op de planning te hebben, deed me dan weer niet zo veel. Sterker nog, ik kon me er stiekem een beetje op verheugen. Tijdens deze periode van bezinning – want, ja, zo zag ik de quarantaine – zou ik korte werkmomenten afwisselen met het maken van lange wandelingen in m’n eentje. Het leek me de ideale manier om mijn overvolle hoofd weer leeg te maken.
Al langer merk ik dat ik niet zo goed tegen veel verschillende prikkels kan. Zo werken groepsapps me enorm op de zenuwen. Op het moment dat ik aan het werk ben, kan één simpel appje me volledig uit mijn concentratie halen. Ook van een volle agenda met veel sociale afspraken raak ik al snel gestrest. Het liefst plan ik helemaal niks en bepaal ik op het moment zelf of ik nog energie heb voor een feestje of om iets te drinken met iemand. Helaas zijn mijn vrienden doorgaans druk. Geen afspraken plannen zou dus betekenen dat ik helemaal niemand meer spreek.
Versplinterde aandacht
Dat ik behoefte heb aan meer rust is volgens sociaal wetenschapper Esther Bergsma niet zo gek. “Je brein heeft na het verwerken van informatie even pauze nodig,” legt ze uit. Maar tegenwoordig zijn die rustmomenten er eigenlijk niet meer bij. “Door voortdurend op onze telefoon te zitten, versplintert bovendien onze aandacht. Hierdoor vinden we het steeds moeilijker om te focussen en zijn we eerder vermoeid.” Overigens heeft de een hier meer last van dan de ander. “Elk brein werkt weer anders. Ook is niet iedereen gevoelig voor dezelfde soort prikkels.”
Dan is er nog een groep die sowieso slechter tegen prikkels kan dan gemiddeld. De term hoogsensitief persoon (HSP) werd in 1996 geïntroduceerd door de Amerikaanse psycholoog Elaine Aron. Zij kwam tot de conclusie dat sommige mensen bij geboorte al meer vatbaar zijn voor triggers uit de omgeving. Zo kunnen ze vaak slechter tegen drukke en chaotische ruimtes, geluid en fel licht. Ook op het emotionele vlak zijn ze gevoeliger. Subtiele veranderingen in iemands gedrag merken ze bijvoorbeeld sneller op dan gemiddeld en ook de emoties van anderen komen harder bij hen binnen dan bij de meeste mensen.
Esther Bergsma deed onderzoek naar hoogsensitief zijn en schreef het boek Het hoogsensitieve brein. Bergsma: “Het zenuwstelsel van mensen die hoogsensitief zijn, is gevoeliger. Daardoor merken ze dingen sneller op.” Ook het verwerken van prikkels gebeurt op een andere manier. “Die prikkels worden op een diepgaand niveau verwerkt. Op het moment van verwerken zijn er meer hersengebieden actief dan bij andere mensen. Hoogsensitieve mensen verwerken eerst alle informatie en ondernemen dan pas actie.”
Dat die mensen er zijn, is volgens Bergsma vanuit evolutionair oogpunt cruciaal. Officiële cijfers zijn er niet, maar naar schatting is ongeveer twintig procent van de wereldbevolking hooggevoelig. Dat is geen willekeurig cijfer. “Ook bij diersoorten is ongeveer twintig procent van de groep gevoeliger dan de rest. Als er gevaar dreigt, wordt dit door hen eerder opgemerkt.” En dat niet alleen. “Deze gevoelige diersoorten proberen de situatie eerst in te schatten zonder er direct op af te gaan. Ook hebben ze oog voor het belang van de groep. Zonder groepsleden met deze kenmerken zou de diersoort uitsterven.”
Even ontkoppelen
Dit belang lijken we wat uit het oog te zijn verloren. “We zijn verleerd om de verschillende manieren van functioneren tussen mensen te waarderen,” zegt de Britse psycholoog, HSP-expert en coach Barbara Allen. “Pakweg vierhonderd jaar geleden vervulden mensen die gevoeliger waren voor prikkels de rol van adviseurs. Dat ze eerst grondig reflecteerden voordat ze in actie kwamen, werd gezien als een kwaliteit.”
Tegenwoordig voeren efficiëntie en snelheid de boventoon. “We leven in een samenleving waarin, tot het coronavirus opdook, lange werkdagen en het onderhouden van een druk sociaal leven de norm waren. Terwijl er een grote groep mensen is voor wie het heel moeilijk is om aan die norm te voldoen,” zegt Allen.
Accepteren dat je meer rust nodig hebt, is dus niet altijd even makkelijk. Maar geen rust nemen eist zijn tol. “Als het je niet lukt om verschillende dingen tegelijk te doen, je geen mensen meer om je heen verdraagt en snel moet huilen of kwaad wordt, moet je aan de bel trekken,” zegt Esther Bergsma. Dit zijn volgens haar namelijk tekenen dat je brein in de overleefstand staat.
“Als je je brein niet voldoende rust geeft, gaat het stresssignalen afgeven.” Om dit te voorkomen, moet je je brein volgens haar geregeld pauze gunnen. Bijvoorbeeld door even niets te doen en een paar minuten stil te staan bij je gedachtes en gevoelens. “Door alles wat er in je omgaat te observeren, ontkoppel je je gedachtes van je stresssysteem. Hierdoor krijgt je brein rust.” Ook kom je er zo achter wat je ‘energielekken’ zijn. Niet alleen licht en geluid kunnen namelijk triggers zijn, ook bepaalde mensen of situaties kunnen onbewust een heleboel energie slurpen. Bijvoorbeeld die ene vriendin die zo lang van stof is.
Hoogsensitief en boven op het nieuws
Mensen die hoogsensitief zijn, hebben waarschijnlijk baat bij meer maatregelen. “Een hooggevoelig persoon is doorgaans eerder moe van een feestje dan iemand anders,” geeft Barbara Allen als voorbeeld. “Eerder naar huis gaan, kan dan een hoop schelen.” In dat opzicht zou je verwachten dat de quarantaine voor prikkelgevoelige mensen een heerlijke rustperiode kan zijn.
Je hoeft immers niet de ‘spelbreker’ te zijn die een feestje afzegt. Maar zo simpel ligt het helaas niet. Sociale prikkels mogen dan zijn weggevallen, er zijn een hoop andere prikkels voor in de plaats gekomen. Denk alleen al aan al het nieuws over het virus.
Esther Bergsma: “We worden al een hele tijd overspoeld met heftige berichtgeving. Dat is voor niemand leuk, maar bij prikkelgevoelige mensen komt dat nog wat intenser binnen.” Ook online komt er van alles op ons af. Zo wordt er van veel werknemers in loondienst verwacht dat ze meedoen aan virtuele vergaderingen en borrels.
Daarnaast moeten we de invloed van interne prikkels volgens Bergsma niet onderschatten. “Bij prikkels denken we al snel aan dingen die van buitenaf komen, zoals geluid, fel licht of bepaald gedrag. Maar prikkels kunnen zich ook voordoen in de vorm van je eigen gedachtes.” En juist die triggers vormen voor sommige mensen nu een enorme uitdaging.
“Mensen die hoogsensitief zijn, zijn vatbaarder voor piekeren. Doordat ze gedachtes op een meer diepgaand niveau verwerken, passeren allerlei associaties en mogelijkheden de revue. Sinds corona is er veel om over te piekeren. Dit kost veel energie en kan ertoe leiden dat je opbrandt.”
Hoogsensitief? Trek af en toe de deur dicht
Hooggevoelige mensen voelen situaties heel goed aan. “Als het niet goed met iemand gaat, zijn zij waarschijnlijk de eerste die dat doorhebben,” legt Barbara Allen uit. Alleen kan die kwaliteit juist nu een valkuil zijn. “Dit betekent namelijk dat je heel gevoelig bent voor de stemming en behoeftes van anderen. Die emoties komen dan niet alleen binnen, je voelt je er ook verantwoordelijk voor,” vult Esther Bergsma haar aan. In deze tijd is het, zeker binnen een huishouden, een stuk lastiger om je voor dit soort emotionele prikkels af te sluiten. “Je zit immers veel meer op elkaars lip.”
Als je gevoelig bent voor prikkels, is het dus ook nu belangrijk om goed op jezelf te letten. Zo raadt Bergsma aan om niet voortdurend het nieuws te kijken en ook je socialmediagebruik te beperken. “Het nieuws triggert stress. Hierdoor ga je ook weer heftiger reageren op prikkels uit bijvoorbeeld je omgeving.” Bergsma beseft dat je afsluiten van social media nu heel lastig kan zijn.
“Als je geen fysiek contact hebt, ga je online op zoek naar verbinding. Je heil zoeken op social media is dan heel verleidelijk.” Haar advies is om op andere manieren voor die verbinding te zorgen. “Ga bijvoorbeeld één keer per week skypen met je vriendinnen.” Minstens zo belangrijk als sociaal contact is tijd alleen doorbrengen. “Normaal gesproken is thuis de plek om uit te rusten, maar nu kun je er meer prikkels dan ooit ervaren.”
Haar advies luidt dan ook om je, ongeacht wat je familie of huisgenoten hiervan vinden, zo nu en dan af te sluiten. “Trek gewoon de deur van je slaapkamer een uur dicht of maak een wandeling. Om te kunnen opladen, is het belangrijk dat je elke dag even alleen bent.”
Ook ik heb de nodige aanpassingen gedaan. Nadat ik een korte periode al mijn energie had gestoken in het volgen van het nieuws en voortdurend checken of het wel goed ging met mijn familieleden op leeftijd, realiseerde ik me dat ik het op deze manier niet ging volhouden. Nu ik minder nieuws volg en niet meer continu met mijn familie aan de telefoon hang, lijkt mijn leven meer op de periode van bezinning die ik voor ogen had.
Of ik nu echt oplaad, betwijfel ik, maar ik ervaar in elk geval genoeg momenten van rust om niet onderuit te gaan. Dit zijn ook lessen voor de toekomst. Want een beetje dankzij deze tijd heb ik mezelf beter leren kennen en ben ik erachter gekomen waar ik me beter bij voel. Alleen al van in m’n eentje gaan wandelen zonder telefoon laad ik enorm op. En dus ben ik vastbesloten die gewoonte erin te houden.
- Dit verhaal over hoogsensitief zijn vind je in Flow 6.
Tekst Hagar Jobse Fotografie Avi Naim/Unsplash.com