Journalist Otje van der Lelij was altijd kritisch op haar lijf; maar ging er weer van houden toen het lukte er op een andere manier naar te kijken. Een verhaal over body positivity.
“De afkeer die mensen kunnen voelen voor hun lichaam heeft ook te maken met eigenschappen die we bepaalde lichaamstypes toedichten,” vertelt psycholoog Jessica Alleva van de universiteit van Maastricht als ik haar bel. “Zo associëren we zwaarlijvigheid met luiheid en weinig zelfbeheersing, en staan rimpels in onze samenleving voor ouderdom en een ongezonde levensstijl.”
“Als je rimpels hebt maar je voelt je nog jong, of je bent iets zwaarder maar allesbehalve lui, dan herken je jezelf niet in je spiegelbeeld. Je raakt vervreemd van je eigen lichaam.” Daar komt volgens Alleva bij dat vrouwen niet met de meest vriendelijke blik in de spiegel kijken. Ze zien hun lichaam als object, en kijken er met de blik van een buitenstaander naar (Zit mijn jurk wel goed? Hoe zie ik eruit voor anderen?).
Dit derdepersoonsperspectief wordt gevoed door beelden in de samenleving over hoe een ideaal lichaam eruit moet zien. Maar dat perfecte plaatje is volgens Alleva verre van realistisch. “Wetenschappers denken dat het ideaalbeeld nu irreëler is dan ooit tevoren. Vrouwen moeten slank, fit en gespierd zijn – maar niet té. Ze moeten grote borsten hebben en een smalle taille. En er altijd maar jong en jeugdig uitzien.”
Perfecte plaatjes en body positivity
Het is een haast onhaalbaar ideaal waar we dagelijks mee worden geconfronteerd. Op Instagram en Facebook schieten de mooiste plaatjes voorbij. De perfecte lijven komen ons zwaaiend en lachend tegemoet, en verkopen impliciet dan wel expliciet de boodschap dat een mooi lichaam belangrijk is voor succes en geluk in de liefde en op het werk. Alleva: “Het is lastig om je hier niet door te laten beïnvloeden. Ook al weet je dat de beelden onrealistisch zijn, toch internaliseer je deze idealen. Je vergelijkt je eigen lichaam onbewust met het gemanipuleerde ideaalplaatje.”
Ik heb zelf bij een glossy gewerkt, dus ik weet hoe vaak de beelden gefotoshopt worden. Daarbij denk ik: kom op, wat oppervlakkig. Jij bent toch niet meer gevoelig voor al die plaatjes van niet-bestaande schoonheid? Maar misschien raakt het me meer dan ik altijd dacht. Ik sta meestal niet te juichen als ik voor de spiegel sta. En het gros van mijn vakantiekiekjes blijft lekker veilig op mijn harde schijf staan.
Als ik ergens een onderkin, vetrol of lelijke grimas bespeur, verwijder ik de foto subiet. Dat is toch niet wie ik bén? Of beter gezegd: wie ik wíl zijn? Terwijl ik er waarschijnlijk gewoon op sta zoals ik er ook weleens uitzie, met de lichamelijke ‘imperfecties’ die bij mij horen. Waarom vind ik het dan zo onprettig om daarmee geconfronteerd te worden? Niemand is toch perfect? Het échte leven is toch ook gewoon fouten maken en lelijk zijn?
- Lees het volledige verhaal ‘Lief voor je lichaam’ in Flow 7.
- Meer lezen? Er zijn ook genoeg boeken over body positivity, zoals deze.
Tekst Otje van der Lelij Illustratie Lucy Driscoll