Hoe nu verder met #metoo?

#metoo

Vrouwen die niet langer zwijgen over seksueel grensoverschrijdend gedrag: er is duidelijk sprake van een stroomversnelling. Journalist Daan Borrel zoek uit waar we nu staan en wat nodig is voor échte verandering.

Toen ik dertien was, kreeg ik van mijn vader zo’n apparaatje met een pinnetje erin. Trok je die pin eruit, dan begon dat ding vreselijk hard te loeien. Gekregen voor eenzame fietsritjes. Ik denk dat rond deze tijd mijn angst voor ‘vreemde mannen’ begon. Inmiddels heeft die angst een transformatie ondergaan. Ik leerde dat vrouwen meestal niet worden overvallen door een vreemde man die uit de bosjes springt; in 85 procent van de gevallen is de dader van seksueel grensoverschrijdend gedrag iemand uit vertrouwde kring – een collega, familielid of kennis. Ik leerde dat na kleine incidenten en door de verhalen van duizenden vrouwen. Mijn angst is waziger geworden: ik weet dat seksueel geweld overal kan voorkomen.

Moedig zijn is besmettelijk

Als ik dit schrijf, is de aflevering van Boos over The Voice of Holland alweer wat meer naar de achtergrond verdwenen; bij talkshows praten ze zelfs al verzachtend over de mannelijke daders in kwestie. Waarop ik me afvraag of het walgelijke gedrag tegen vrouwen wel werkelijk verandert. Of leidt elk verhaal slechts tot een kleine schok die weer wegebt? Wat heeft #metoo eigenlijk bereikt tot nu toe en wat is nog nodig voor structurele verandering? Moet mijn dochter (nu negen maanden) ook opgroeien met angst voor mannen, omdat je eigenlijk nooit van de buitenkant kunt zien wie wél te vertrouwen is?

Volgens Willy van Berlo, programmamanager seksueel geweld bij expertisecentrum seksualiteit Rutgers, zijn we ons sinds #metoo – het moment in 2017 dat vrouwen wereldwijd hun ervaringen met seksueel grensoverschrijdend gedrag online deelden – al wel bewuster geworden van de grootte van het probleem en wordt het serieuzer genomen. Maar ondanks de hashtag worden gevallen van seksueel geweld nog steeds afgedaan als losstaande incidenten. Ten onrechte, schrijft de Amerikaanse feminist Rebecca Solnit in haar essaybundel De moeder aller vragen. Historisch gezien is het lot voor vrouwen om te zwijgen, en dus líjken het incidenten, maar dat zijn het niet. In 2014 werd volgens Solnit het zwijgen voor het eerst echt massaal doorbroken door een nieuwe feministische beweging die social media gebruikte. In 2017 volgde #metoo, een actie waar nog meer vrouwen bij betrokken waren. Net zoals zwijgen en schaamte besmettelijk is, schrijft Solnit, is moedig zijn en je uitspreken dat ook. Verhaal na verhaal volgde en zál volgen, de olievlek spreidt zich langzaam steeds verder uit.

Toch is de grote kentering in Nederland nog niet geweest, denkt Van Berlo. We zitten midden in een ommekeer. Want om seksueel grensoverschrijdend gedrag uit te bannen is een flinke cultuurverandering nodig: daarvoor moeten bedrijven goed beleid hebben en kinderen worden voorgelicht. Het grote publiek moet worden beïnvloed en ook de overheid moet zich inzetten. Van Berlo: “Dat laatste gaat nu pas gebeuren. Mede door de aflevering van Boos komt er een nationaal plan voor preventie, signalering en hulpverlening. Iets waarvoor wij en andere partijen al jaren pleiten.” Zo zie je maar, zegt ze, dat het delen van persoonlijke ervaringen tot structurele verandering kan leiden.

Giftige cultuur

Ook Harriet King, oprichter van de.Trybe; een platform voor vrouwen die een ervaring hebben met seksueel grensoverschrijdend gedrag op de werkvloer, denkt dat we midden in de kentering zitten. “Ik zou willen dat ik kon zeggen dat er al veel is veranderd, maar dat is helaas niet zo. We zijn er nog lang niet.” King werkte jarenlang bij grote bedrijven als bedrijfsrechtadvocaat en zag in die rol wat er gebeurde als werknemers (eigenlijk altijd vrouwen) een klacht indienden over een andere werknemer (eigenlijk altijd mannen) die hen ongewenst seksueel benaderd had. “Die klachten verdwenen vervolgens in de doofpot, want het belang van het bedrijf stond voorop en niet het belang van die vrouwen. Er werd wel onderzoek gedaan na zo’n klacht – meestal intern, heel soms extern – maar het bedrijf had vrijwel altijd invloed op de uitkomst.” De mensen van het bedrijf vertelden dus hún verhaal aan de klachtindiener. “Bedrijven doen niet aan preventie, maar reageren alleen op incidenten.”

Dat klinkt allemaal om mismoedig van te worden, toch heeft King de hoop dat bedrijven in de toekomst een oprechte blik op hun bedrijfscultuur durven te richten: gebeurt dit ook op hun werkvloer? Hoe kunnen ze barrières om een klacht in te dienen laten verdwijnen? King: “Bedenk als bedrijfsleiding welk gedrag je wél wilt zien en deel vervolgens ook sancties uit als iemand zich daar niet aan houdt. En bereid je voor op wat er allemaal onder de steen vandaan komt als je die optilt.” Uit onderzoek van CNV blijkt dat zestig procent van de vrouwen weleens seksueel grensoverschrijdend gedrag op de werkvloer heeft ervaren, dertig procent daarvan is fysiek. King vermoedt dat deze cijfers eigenlijk nog veel hoger liggen. Zolang een cultuur giftig is, concludeert ze, zullen bedrijven dat helaas ook zijn. Met andere woorden: om de bedrijfscultuur te veranderen moet de hele cultuur daaromheen óók veranderen.

De actieve partij

Voor die cultuuromslag moeten we af van nogal wat valse overtuigingen. Zoals de opvatting dat mannen hun wensen mogen aangeven en vrouwen hun grenzen moeten bewaken. Of dat een verkrachting altijd gewelddadig is. Door dit soort aannames wordt in eerste instantie het slachtoffer bevraagd. “Daarmee beschermen we nog altijd de daders,” zegt King. “En leggen we de verantwoordelijkheid bij de vrouw,” zegt Van Berlo. Zíj had zich moeten verdedigen, in plaats van dat híj zijn handen had moeten thuishouden. We kunnen pas gepaste oplossingen verzinnen, denkt King, als we ons echt bewust zijn van het probleem. Als we werkelijk begrijpen wat de invloed is van seksueel grensoverschrijdend gedrag op het leven van een slachtoffer. Dat punt is bereikt zodra we niet meer geschokt zijn van ieder verhaal dat naar buiten komt.

Ik snap haar redenering: zolang we verbaasd zijn over de ‘lieverd’ die dit gedrag heeft vertoond, blijven we het probleem indirect ontkennen. Terwijl de cijfers er al lang zijn: volgens de monitor Seksuele Gezondheid in Nederland heeft 22 procent van de vrouwen en 6 procent van de mannen te maken gehad met seksueel geweld. Reken je zoenen en aanraken tegen iemands wil mee, dan heeft meer dan de helft van de vrouwen en een vijfde van de mannen dat weleens meegemaakt.

Ik zou wel willen dat ik niet geshockeerd was, maar toch lig ik er soms van wakker dat zo veel mensen (mannen) werkelijk niet lijken te snappen waar de grens ligt. Als je twijfelt of de ander het naar zijn zin heeft tijdens de seks, kun je daar toch naar vragen? Gaat het die daders dan niet om plezier? Je moet niet vergeten, zegt Van Berlo, dat een man van jongs af aan in onze cultuur een bepaald beeld van mannelijke seksualiteit aanleert: namelijk dat hij de actieve partij is die een (passief seksuele) vrouw moet veroveren.

Precies ook de reden waarom veel vaker mannen dan vrouwen een foto van hun geslachtsdeel versturen. Uit onderzoek blijkt dat bijna de helft van de mannen denkt dat ze met een ongevraagde dickpic kans hebben op seks, bijna 22 procent vindt het een normale manier van flirten. Misschien is dat hen niet helemaal kwalijk te nemen: seks heeft eeuwenlang in het teken gestaan van penetratieseks, waarbij die stijve piemel het middelpunt was. Daardoor kunnen mannen denken dat zo’n foto dé manier is om een vrouw warm te maken (het onderzoek richtte zich niet op homoseksuele mannen).

Toch moet ik de eerste vrouw nog ontmoeten die het als een leuke uitnodiging ervaart. We vinden het eerder vervelend; net als nageroepen worden op straat en ongevraagd in je kont/kruis/borsten te worden gegrepen. Of nog verdrietiger: we vinden het normaal. Denken dat het er nu eenmaal bij hoort. ‘Een man is bang dat een vrouw hem uitlacht,’ schrijft Rebecca Solnit schrijnend, ‘een vrouw is bang dat een man haar vermoordt.’

Beschermend netwerk

Om onze cultuur te veranderen moeten onze ideeën over seksualiteit dus radicaal om. En waar kunnen we dat beter doen dan in de opvoeding van een nieuwe generatie? Daar kun je niet vroeg genoeg mee beginnen, denkt pedagoog Belle Barbé, die het boek 100 antwoorden bij seksuele opvoeding schreef dat in september verschijnt. “Daarvoor hoef je heus niet als ouder met je kind van drie aan de keukentafel over seks te praten.” Seksuele opvoeding is volgens haar veel dynamischer, alledaagser, en gaat vooral over leren je wensen en grenzen aan te geven – en die te herkennen en erkennen bij een ander. Met een kind van drie kun je bijvoorbeeld wel praten over speelgoed dat het van een ander afpakt. Belangrijk is volgens Barbé vooral dat seksuele voorlichting niet alleen maar gericht is op het voorkomen van zwangerschappen, soa’s en seksueel geweld, maar op seksueel plezier. Uit onderzoek blijkt namelijk dat autonome vrouwen die daar zelf naar op zoek gaan, minder vaak seksueel geweld ervaren.

Het lijkt erop dat ik mijn dochter in de toekomst niet zo’n alarmapparaat moet geven. En ergens voelt het als een opluchting dat ik niet voor de taak sta om een jongen op te voeden. Maar daar denkt Barbé anders over: “Ik vind dat we hierin juist geen onderscheid tussen gender moeten maken. Iedereen moet leren hoe je een situatie creëert die fijn is voor jou. Ga met ieder kind het gesprek aan over hoe je je voelt of iets wilt.” Als opvoeder geef je volgens haar het beste voorbeeld. Maar dat kan best lastig zijn, bedenk ik, want soms weet ik het antwoord hier zelfs niet eens op.

Er is dus nog een hoop werk aan de winkel. Tegelijkertijd voel ik meer hoop op verandering dan ooit.

Ik moet nog eens denken aan het boek van Solnit. Ergens halverwege schrijft ze dat lange tijd werd gedacht dat de menselijke reactie op stress en gevaar ‘vluchten of vechten’ is. Maar dit onderzoek is alleen met mannen gedaan. Voor vrouwen blijkt er nog een derde optie te zijn: steun zoeken bij anderen. Jezelf en je gezin veiligstellen door hulp te vragen; een netwerk te creëren dat beschermt.

Dáár zijn we nu mee bezig. Dat staat ons te doen. Als een olievlek van staal wordt, komt niemand er meer doorheen.

Meer lezen

Tekst Daan Borrel  Illustratie Pamela Carbonell

Promotional image

Van mental health tot goed nieuws

Flow nieuwsbrief

Wil je nog meer verhalen van Flow? Twee keer per week versturen we een mail met nieuwe artikelen.

SCHRIJF JE IN