Waar haar man Martin vooral wilde preken en discussiëren, ging Coretta Scott King de straat op in de strijd tegen racisme. Dit is haar inspirerende leven.
Via een gemeenschappelijke vriendin heeft hij haar nummer gekregen, zegt de jonge dominee die Coretta Scott in haar studentenkamer belt. Zijn naam is Martin Luther King junior en hij is naarstig op zoek naar een vrouw. Hij staat bekend als een player en zijn vader vindt dat het genoeg is geweest: het is echt tijd om te settelen. Over Coretta heeft de theologie-promovendus veel goeds gehoord en daarom belt hij voor een afspraakje. “Je weet dat iedere Napoleon zijn Waterloo heeft,” zegt hij tegen Coretta. “Ik ben zoals Napoleon. Ik heb mijn Waterloo bereikt en ik smeek het je.” “Dit is absurd,” antwoordt ze. “Je kent me niet eens.” Ach, denkt ze, een lunch kan geen kwaad.
Als hij de volgende dag uit zijn auto stapt bij de cafetaria waar ze hebben afgesproken, wordt haar stemming er niet bepaald beter op. Met zijn 1 meter 69 vindt ze hem aan de kleine kant voor een potentiële partner. Maar eenmaal aan tafel raakt ze geïmponeerd door zijn eruditie en eloquentie. Hij is onverminderd enthousiast over haar. “De vier dingen die ik zoek in een vrouw zijn karakter, persoonlijkheid, intelligentie en schoonheid. En jij hebt ze allemaal.”Hij loopt wel erg hard van stapel, vindt ze, maar toch: het zou best eens kunnen zijn dat ze in hem iemand gevonden heeft die net zo gepassioneerd is over sociale rechtvaardigheid als zij. Dus stemt ze toe als hij haar meevraagt naar een feestje. Ze weet het nog niet, maar tijdens die lunch in 1952 in Boston heeft Coretta haar bestemming gevonden.
Katoenplukken
Op haar 25e is ze al behoorlijk politiek actief. Coretta Scott is op 27 april 1927 in Heiberger, Alabama geboren als tweede van de vier kinderen van Obadiah en Bernice Scott, beiden kinderen van voormalige tot slaaf gemaakten. De familie heeft het niet breed: de kinderen Scott moeten ’s zomers helpen bij het katoenplukken om een bijdrage te leveren aan hun levensonderhoud. Toch hebben ze het goed in vergelijking met veel andere zwarte families in het diepe zuiden: haar ouders hebben allebei werk – Obadiah onder meer als winkelier en kapper, Bernice als schoolbuschauffeur. Ook hebben ze een zelfgebouwd tweekamerhuisje op eigen grond, waar ze varkens, kippen en koeien houden.
Haar eerste ervaring met de rassensegregatie die dan nog heerst in de zuidelijke Amerikaanse staten, heeft ze als ze de schoolbus voorbij ziet komen die witte kinderen naar het schooltje acht kilometer verderop brengt. Coretta en andere zwarte kinderen moeten lopen, zij mogen niet met de bus. In haar puberteit laten vijandige witte buren hun huis afbranden. “Mijn vader gaf zich niet over aan haat,” herinnert ze zich later. “Hij bouwde een nieuw huis. Zijn voorbeeld verdiepte mijn begrip van wat je nodig hebt om liefde van haat te laten winnen.”
Ja, maar onder voorwaarden
De Scotts zijn ambitieus: net als haar oudere zus kan Coretta studeren. Op Antioch College in Yellow Springs, Ohio, wordt voor het eerst een handjevol zwarte studenten toegelaten en zij is er een van. Haar politieke ontwaken vindt hier plaats: het racisme dat ze op Antioch tegenkomt, is de aanleiding om zich aan te melden bij verschillende zwarteburgerrechtenbewegingen. Ze voelt dat ze iets bij te dragen heeft aan de wereld. Hoe precies, dat weet ze nog niet. Vooralsnog wil ze zanger worden en dat lijkt te gaan lukken als ze een beurs krijgt om verder te studeren aan het conservatorium van Boston.
Eigenlijk dekt de beurs alleen haar studiekosten. Om te kunnen leven heeft ze allerlei baantjes. Ze heeft geen tijd om te daten. Maar Martin, die uit een prominente domineesfamilie in Atlanta komt, houdt aan. Ze discussiëren, zij komt naar zijn preken, hij naar haar recitals. Als hij haar, zoals bij hun eerste lunch/sollicitatiegesprek al min of meer aangekondigd, daadwerkelijk ten huwelijk vraagt, aarzelt ze een half jaar. “Ik had nooit gedacht dat ik met een dominee zou trouwen.” Ze weet dat dit het einde van haar zangcarrière betekenen zal. Uiteindelijk zegt ze ja, maar ze stelt voorwaarden. Of Martins vader, die ook dominee is en het huwelijk inzegent, de zin waarin ze belooft haar man altijd te zullen gehoorzamen maar uit de huwelijksgeloften wil schrappen. Met enige tegenzin gaat hij akkoord. Het stel trouwt in de tuin van haar ouders op 18 juni 1953.
De aanslag
In 1954 vertrekken ze naar Montgomery, Alabama waar Martin een baan heeft geaccepteerd als dominee van de Dexter Avenue Baptist Church. Een jaar later, hun dochter Yolanda is net geboren, wordt Montgomery het centrum van de zwarteburgerrechtenbeweging als Rosa Parks daar weigert haar zitplaats in het ‘witte deel’ van de bus op te geven. Zij wordt gearresteerd. De beweging, die dominee Martin Luther King als hun leider kiest, organiseert een boycot van al het openbaar vervoer in Montgomery. De emoties lopen hoog op: de Kings worden bedreigd en er wordt een bom tot ontploffing gebracht op de veranda van hun huis, waar Coretta op dat moment alleen is met de baby.
De familie dringt erop aan dat Coretta vertrekt uit het onrustige Montgomery, maar daar piekert ze niet over. Ze volgt het voorbeeld van haar vader en weigert zich over te geven aan haat. “In Montgomery dacht ik diep na over mijn leven: hoe kwam ik hier terecht? Toen ik de ochtend na de aanslag wakker werd, dacht ik: nu weet ik waarom we hier zijn. Hier heb ik me mijn hele leven al op voorbereid. Nu was ik betrokken bij iets wat veel groter was dan ikzelf, iets van grote historische betekenis. Ik voelde me gezegend.” In die tijd worden de Kings ook vaak telefonisch bedreigd. Coretta neemt die telefoontjes meestal aan. “Mijn man slaapt,” zegt ze dan. “Hij vroeg me je naam en telefoonnummer te noteren, zodat hij je morgenochtend fris en uitgerust kan terugbellen.”
De echte activist
De segregatiewetten in het openbaar vervoer in Alabama worden onwettig verklaard. Deze overwinning maakt van Martin Luther King jr. een landelijke bekendheid. De Kings bewonderen Mahatma Gandhi’s geweldloze strijd tegen de Britse overheersing en kiezen geweldloze burgerlijke ongehoorzaamheid als speerpunt van hun eigen verzet tegen rassendiscriminatie. Martin is steeds vaker van huis om overal in het land groepen toe te spreken en mee te lopen in demonstraties. Tijdens een mars naar Washington in 1963 houdt hij zijn beroemde ‘I have a dream’-toespraak; in 1964 wordt hem de Nobelprijs voor de Vrede toegekend.
Ondanks de verheven ideeën die hij ooit over de vrouw had, houdt Martin er in de praktijk volgens zijn ‘Corrie’ traditionele ideeën over vrouwen op na: die horen thuis bij het gezin. Dat bestaat inmiddels uit vier kinderen: na Yolanda (1955) worden Martin III (1957), Dexter (1961) en Bernice (1963) geboren. “Ik heb een keer tegen Martin gezegd dat ik het heerlijk vond om echtgenoot en moeder te zijn, maar gek zou worden als dat het enige was wat ik deed.” Buitenshuis is ze ondergeschikt aan haar man, binnenshuis veel minder. “Zij is veel meer een activist dan Martin,” weten vrienden. “Hij wil preken en discussiëren, zij wil de straat op.” Onafhankelijk van haar man organiseert ze vrijheidsconcerten: benefietavonden ten bate van de beweging, waarop ze zingt en poëzie voordraagt. Ook houdt ze toespraken als Martin verhinderd is.
Een hoge prijs
Dochter Bernice zal later zeggen dat haar moeder in die tijd in veel opzichten vooruitloopt op haar vader. Zij is degene die vredesconferenties bijwoont, degene die zich als eerste van de twee uitspreekt tegen de oorlog in Vietnam, die op het belang van vrouwen in de zwarteburgerrechtenbeweging wijst. (Ze zijn vaak onzichtbaar, stelt ze, maar zij maken het mogelijk dat dit een massabeweging wordt.) “Om mijn mannelijke ego te bevredigen zou ik graag willen beweren dat ik haar dit pad op heb geleid,” aldus Martin in 1967, “maar ik moet zeggen dat we dit pad samen zijn ingeslagen. Zij was net zo actief betrokken en bezorgd toen we elkaar ontmoetten als ze nu is.”
Maar de prijs die ze voor hun betrokkenheid betalen, is hoog. De gevestigde orde maakt niet vanzelf plaats, altijd is er de dreiging van geweld. Martin wordt met een mes gestoken tijdens een signeersessie en de FBI die hem nauwlettend in de gaten houdt, beweert dat hij buitenechtelijke verhoudingen heeft. Coretta weigert dat te geloven, maar ze maakt zich wel zorgen. “Ze gaan hem vermoorden, ik weet dat ze hem gaan vermoorden,” zegt ze huilend tegen een vriend. En ze blijkt gelijk te hebben. Op 4 april 1968 wordt ze gebeld: Martin is neergeschoten op het balkon van zijn hotelkamer in Memphis, Tennessee. Als Coretta in het ziekenhuis aankomt, is hij al overleden.
Nationale feestdag
“Ik heb mijn leven nooit als iets persoonlijks gezien, als iets wat buiten het grotere geheel stond. Ik heb mijn liefde voor mijn gezin, de kerk en de maatschappij nooit van elkaar gescheiden.” Zoals altijd heeft ze onmiddellijk oog voor de historische implicaties van wat er is gebeurd. Vier dagen na de moord op haar man loopt Coretta Scott King met haar kinderen voorop in de mars in Memphis die haar man die dag zou lopen. Ze kiest ervoor de moord te zien als een offer dat gebracht moest worden voor de goede zaak. “In Martins dood ligt hoop op verlossing.”
Haar doel wordt om de herinnering aan haar man levend te houden. Dat doet ze thuis, door vaak te melden wat ‘jullie vader’ van iets zou hebben gevonden, en in de buitenwereld. Ze zet The King Center for Nonviolent Social Change op in Atlanta (waar ze in 1960 zijn gaan wonen), om de grote sociale problemen te adresseren die volgens haar tot geweld leiden: honger, werkloosheid en racisme. Ze lobbyt om van haar mans geboortedag een nationale feestdag te maken waarop onrecht wordt aangekaart. Door stug vol te houden lukt het: sinds 1986 wordt Martin Luther King jr. Day elke derde maandag van januari gevierd.
Meer dan een label
In haar toespraken spreekt Coretta eerst vooral namens haar man, later steeds meer vanuit zichzelf. Ze heeft het niet meer alleen over racisme en armoede, maar ook over seksisme en homofobie. Ze is en blijft een activist. “De strijd is een oneindig proces,” zegt ze. “Vrijheid is nooit echt gewonnen, iedere generatie moet het opnieuw verdienen en veroveren.” Ze neemt deel aan demonstraties, zet zich in voor mensenrechten, spreekt zich uit tegen het apartheidsregime in Zuid-Afrika en tegen de Irak-oorlog. De laatste tien jaar van haar leven eet ze veganistisch.
Coretta Scott King sterft op 30 januari 2006 in een ziekenhuis in Mexico. Vier presidenten wonen haar rouwdienst bij die acht uur duurt. Ze had het moeten meemaken. “Ik word vaak gezien als een soort hulpstuk van een stofzuiger,” klaagde ze weleens. “De vrouw van Martin, later de weduwe van Martin, alles waarop ik trots ben dat ik dat ben. Maar ik was nooit alleen maar een vrouw of een weduwe. Ik ben altijd meer geweest dan een label.” Gerechtigheid: ze wordt herdacht als de First Lady van de burgerrechtenbeweging.
Meer lezen
- Het leven van Nina Simone.
- Kritisch durven denken: wat activisme je kan brengen.
- Loesje is volwassen – maar nog net zo activistisch.
Tekst Liddie Austin Illustratie Getty Images
Gepubliceerd op 24 oktober 2023