Droogbloemen zijn helemaal terug: zo droog je ze (+ meer tips)

Droogbloemen: ineens zie je ze weer overal in droogboeketten en -kransen. Iedereen kan ze maken, je hebt er alleen bloemen en een schaartje voor nodig. Dit is hoe. 

Soms begint de liefde voor droogbloemen bij een vergeten bosje bloemen. De Britse Bex Partridge kreeg in een stressvolle periode van haar leven een boeket bloemen, zette het in een hoek van de kamer en vergat het vervolgens. Toen ze er pas weken later aan toekwam om het op te ruimen, zag ze hoe mooi sommige bloemen waren opgedroogd. “Het waren een beetje harde, exotische bloemen. Ik vond ze niet eens zo mooi toen ik ze kreeg, maar toen ze eenmaal opgedroogd waren, verwonderde ik me over de fijne details en mooie zachte kleuren.”

Kransen

Zonder precies te weten wat ze deed, vlocht ze er een krans van. Die krans heeft nog jaren in haar keuken gehangen en markeerde het begin van Botanical Tales, de naam waaronder ze inmiddels honderden droogboeketten en kransen maakte. “Het begon met de behoefte iets creatiefs met mijn handen te doen. Ik had al zo veel geprobeerd: haken, breien, borduren. Maar ik ben daar te slordig voor. Mis je één steekje, dan blijf je dat zien. Bij bloemen is het niet erg als je rommelig werkt. Bloemen zijn heel vergevingsgezind. Het was voor het eerst iets waar ik helemaal van tot rust kwam.”

Steeds meer muren en laden in haar huis begonnen zich te vullen met gedroogde bloemen, twijgjes en kruiden, ze experimenteerde met manieren van drogen. Gaandeweg kreeg ze steeds meer aanvragen om ook voor anderen boeketten te maken. Twee jaar geleden besloot ze de sprong te wagen en haar baan op te zeggen als marketeer bij een groot bedrijf. Inmiddels is Bex een van de bekendste namen op het gebied van droogbloemen, met ruim zestigduizend volgers op Instagram.

Droogbloemen zijn weer terug

In haar boek Droogbloemen deelt ze alles wat ze zelf leerde. “Het boek was voor mij een big deal. Een kroon op mijn werk. Toen ik hier net mee begon, zeiden mensen vaak dat droogbloemen ze deden denken aan hun oma. Maar dat veranderde langzamerhand. Ik kreeg steeds meer vragen over hoe ik het deed, en verzoeken om tips op te schrijven. Ik vind het geweldig dat droogbloemen inmiddels hun weg weer hebben gevonden naar onze huizen.”

Groot werken

Droogbloemen zijn terug van weggeweest, dat merkt niet alleen Bex. Ze zijn in steeds meer winkels te vinden, en ook de hippe online bloemist Bloomon heeft de ‘Flowergram’ – een installatie met droogbloemen – in zijn assortiment. Er verschijnen nieuwe boeken over en op Instagram zie je vele creaties voorbijkomen. Een van de Nederlandse creatieven die geweldige dingen maakt met droogbloemen is bloemstylist Anne van Midden. Het is slechts een buikgevoel, zegt ze, maar ze verklaart de opkomst door de onrust in de wereld.

“Droogbloemen stralen van zichzelf een soort rust uit door hun zachte, gedempte kleuren. Als je van bloemen in huis houdt, zijn droogbloemen vooral ideaal omdat ze heel lang goed blijven – ook in de seizoenen dat er in Nederland geen bloemen bloeien. Daar komt bij dat veel mensen met duurzaamheid bezig zijn. We hebben een enorme behoefte om natuur in huis te halen, maar weten inmiddels ook dat er veel pesticiden worden gebruikt in de bloemenwereld.  Als je zelf droogbloemen maakt van je eigen geplukte bloemen, weet je zeker dat ze zonder pesticiden zijn gegroeid.”

Droogbloemen in het verleden

Dat droogbloemen maanden of zelfs jaren mooi blijven, is precies de reden waarom ze vroeger heel gangbaar waren. Onze voorouders hadden geen rozen in elk seizoen; drogen was een manier om er langer van te genieten. Het drogen van bloemen was net zo’n gebruikelijk herfstritueel als het maken van jam en het inleggen van groenten. Je komt gedroogde bloemen tegen als onderdeel van ceremoniën, versieringen en mode – tot aan de oude Egyptenaren aan toe. Pas toen vanaf de jaren tachtig steeds meer kasbloemen op de markt kwamen, raakten ze een beetje in de vergetelheid. De noodzaak om bloemen te drogen, was er steeds minder.

Toch zijn er altijd liefhebbers gebleven. Anne: “Voor mij als bloemstylist zijn droogbloemen een uitkomst. In de herfst en winter is de keuze aan bloemen toch wel beperkt. De bloemen die ik het liefst gebruik, zijn dan niet te vinden. Daarbij zijn droogbloemen ideaal voor de bloeminstallaties die ik maak. Ik hou van groot werken en dat kan goed met droogbloemen. Ik maak er hele werelden mee, zoals de flower clouds die nu heel populair zijn. Droogbloemen zijn handig omdat je geen waterbron nodig hebt.”

Uitgebloeide bloemen

Een creatie van droogbloemen toont een andere kant van bloemen. Niet die van de vluchtige boeketten die binnen een week weer kunnen worden weggegooid. Maar een kant die vooral gaat over waardering van de subtiele schoonheid, van de levenscyclus, van de verbinding met de seizoenen. Een kant die lang onderbelicht is gebleven, vindt zowel Bex Partridge als Anne van Midden. Anne neemt al zolang ze zich kan herinneren ‘dode bloemetjes’ mee naar huis.

“Ik heb me altijd aangetrokken gevoeld tot wat anderen misschien in de groenbak zouden gooien. Verse bloemen krijgen veel aandacht door hun kleur, maar uitgebloeide bloemen hebben vaak een interessante structuur. Bij sommige gewone bermbloemetjes verschijnen na de bloei ineens mooie zaaddoosjes. Knisperende belletjes, satijnachtige omhulsels. Of het zaaddoosje van de papaver, dat is ook prachtig. Daarnaast gebruik ik verschillende grassen in mijn werk, zoals bevertjesgras. Ik vind het mooi om juist de natuur die je normaal over het hoofd ziet, een podium te geven.”

Je droogbloemen altijd in de tuin

In de tuin van Bex is een groot deel gereserveerd voor bloemen voor droogboeketten. “Het gaat me om het hele proces. Ik koop nog wel bloemen van lokale bloemisten, maar ik heb gemerkt dat ik er nog meer plezier uit haal als ik de bloemen helemaal zelf van zaad opkweek. Je verbindt je op deze manier veel meer met wat je doet, het krijgt meer diepgang. Daarbij ben ik altijd een fervent tuinierder geweest. Ik heb dat van mijn oma en mijn ouders, zij waren ook altijd in de tuin. Nu ik erop terugkijk, hingen er in de keuken altijd bloemen te drogen.”

Bex’ tuin staat vol met zinnia’s, strobloemen en viooltjes, die ze plukt op hun hoogtepunt om te drogen. Maar er staat ook judaspenning, lampionplant en juffertje-in-het-groen, die ze pas plukt als de zaaddoosjes zijn verschenen. “Ik zou een heel slechte bloemist zijn, want ik heb echt moeite met plukken. Ik laat er ook altijd een paar staan voor de insecten. Zeker in de herfst, want veel beestjes hebben dode stengels nodig om te overwinteren.”

Houtachtige stengel

Wat het drogen van bloemen zo leuk maakt, is dat het vrij makkelijk is. Iedereen kan het en behalve bloemen en een schaartje heb je er niet zo veel voor nodig. Je hoeft er zelfs niet zo veel voor te weten. Als vuistregel is aan te houden: als de plant een beetje een houtachtige stengel heeft, is de kans groot dat hij mooi opdroogt. Bij bloemen met een zachte, vochtige stengel, zoals een tulp, is drogen iets moeilijker – al kan het wel.

Gewoon wat klooien

Het is een bezigheid waarbij je lekker wat kunt aanklooien, vindt Bex. De mooiste ontdekkingen deed ze op momenten dat ze zich niet helemaal aan de ‘regels’ hield. Gewoon dingen proberen, zegt ze, de ene keer lukt iets wel, de andere keer niet. “Toen ik net begon, heb ik onze oude serre volgehangen met bloemen om te drogen. Het was een prachtig gezicht. Maar de bloemen vielen uit elkaar op het moment dat ik er een krans van wilde maken: het was te warm en zonnig geweest in de serre. Het beste is een droge en donkere plek, zoals de zolder. Toch hang ik mijn bloemen nog steeds graag ergens op waar ik ze goed kan zien. Dan drogen ze maar wat minder mooi op. Ik vind zo’n muur met bloemen ook wat waard, dat is een groot deel van het plezier.”

Voor de meeste bloemen werkt deze methode: pluk de bloem op z’n hoogtepunt, haal overtollige blaadjes van de stengel en laat de bovenste bladeren zitten voor extra textuur en stevigheid in je boeket. Zorg ervoor dat er geen vocht tussen het blad en de stengel zit. Bind een touwtje om een niet te grote bos. Hang het ondersteboven op een droge plek uit het zonlicht (met voldoende frisse lucht).

Na drie tot vijf weken zijn de bloemen goed gedroogd. Zaden en zaaddoosjes kun je plukken als ze al gedroogd zijn aan de plant en kun je meteen gebruiken. Wat je niet gebruikt in je boeket of krans, kun je bewaren in een doos (of plakken op een cadeautje met een stukje masking tape).

Twee tips

  1. De ene droogbloem blijft langer mooi dan de andere. Haal na een tijdje de bloemen die verpieteren eruit, rangschik de mooi gebleven bloemen opnieuw en vul aan met wat verse droogbloemen.
  2. Houd de bloemen stof- en spinnenwebvrij met een föhn op de zachtste en koudste stand.

Deze planten zijn mooi om te drogen

Bloemen:

  • Lavendel
  • Zinnia
  • Strobloem
  • Gipskruid
  • Duizendblad
  • Ridderspoor
  • Wilde peen
  • (Echte of geurloze) kamille

Blad:

  • Eucalyptus
  • Salie
  • Rozemarijn
  • Varen
  • Berk
  • Eik

Zaden/zaaddoosjes:

  • Judaspenning
  • Lampionplant
  • Slaapbol
  • Bevertjes-/trilgras
  • Prachtriet
  • Duifkruid
  • Venkel
  • Sierui
  • Juffertje-in-het-groen

Meer lezen

Tekst Jocelyn de Kwant  Fotografie Kelly Sikkema/Unsplash.com
Laatst bewerkt op 12 februari 2024

Promotional image

Van mental health tot goed nieuws

Flow nieuwsbrief

Wil je nog meer verhalen van Flow? Twee keer per week versturen we een mail met nieuwe artikelen.

SCHRIJF JE IN