Aargh dat EK. Irene probeerde zich afgelopen week minder te ergeren aan dat voetbalgedoe op tv.
Het EK leek me dit jaar prima te doen. Geen Nederlands team aanwezig, dus de voetballiefhebbers in mijn omgeving (denk: puberzoon en Nieuwe Liefde) zouden dit toernooitje wel overslaan. Dacht ik. Maar toen bleek het toch de bedoeling om te kijken. Voor puberzoon was het de ultieme ontspanning na een dag leren wegens proefwerkweek zei hij. En Nieuwe Liefde had dan wel geen proefwerkweek maar uh, nou ja, ook zonder reden schijn je voetbal soms te willen zien. Dus voor dat ik het wist waren de avonden met urenlange wedstrijden mijn leven in geslopen. Ik voelde al bij de eerste wedstrijd Heel Veel Weerstand. Zou ik gewoon de tv uit kunnen zetten? Kunnen eisen dat voetbal op een iPad in een hoekje wordt gekeken? Ik worstelde, maar besloot het toen in het kader van oefening mindful aan te pakken. Ik probeerde de wedstrijden te zien als moment om mijn eigen weerstand te onderzoeken. Een van de belangrijke onderdelen van de achtweekse mindfulnesscursus is de enquiry. Hierbij onderzoek je, aan de hand van vragen die de trainer je stelt, wat er is gebeurd met je tijdens bijvoorbeeld een meditatie- of yoga-oefening. Ook nu ging ik op zoek naar welke emoties en gedachten die weerstand met zich meebracht. En waar ik dat dan voelde. Of die weerstand de hele wedstrijd aanhield of maar een deel van de tijd. Of het de hele wedstrijd even heftig was of dat het af- en toenam. Kortom: ik probeerde opmerkzaam te zijn.
Nou, dat bleek niet de oplossing. Al na een paar keer een kwartiertje meekijken, was ik er helemaal klaar mee. Met het kijken en het opmerken. Wat had ik genoeg van die mannetjes die over gras hollen of – nog erger – mannen die zaten te leuteren na de wedstrijd. Net toen ik bang was dat ik de neiging om een baksteen naar de tv te gooien niet meer kon onderdrukken, las ik de column van Aaf brandt Corstius in de Volkskrant (afgelopen maandag). Daar stond ie. De ultieme tip. Niks niet mindful voetbal kijken. De tatoeages van de spelers bestuderen, dat was de oplossing. Vergelijken, verhalen erbij bedenken, verbanden leggen die er niet zijn. Het redde haar tijdens die avonden. Dus ik ging het ook doen. Herinner je je die zoekplaten uit je jeugd? Ik zie het scherm nu als zoekplaat. En dat werkt best. Ik ging niet alleen op zoek naar tattoos, maar ook naar het minst bewegende haar (Ronaldo), het witste gebit (Ronaldo) en ’t grappigste staartje (Portugal nr 11, een soort knot). Jullie zien, ik heb nog niet zoveel wedstrijden bekeken. En gelukkig is het EK bijna om. Maar ik onthoud hem hoor: dat voetbalveld zien als gek zoekplaatje. Voor wie nog een weekend met puberzonen of oude of nieuwe liefdes gaat kijken: ik hoor graag wat jullie bevindingen zijn!
Irene is samen met Astrid creative director van Flow. Elke vrijdag schrijft ze over hoe ze de lessen uit verschillende mindfulness-trainingen toepast in haar daily life. Ze woont in Haarlem met haar kinderen (co-ouderschap) van 10 en 13.