Relatieproblemen: ‘We staarden ons blind op die paar verschillen’
Wat begon als een bijna perfecte liefde, liep vast door een gebrek aan kennis en ervaring. Margriet vertelt hoe jeugdige onervarenheid later leidde tot relatieproblemen.
“Zeventien waren we, en wat weet je nou op die leeftijd. We ontmoetten elkaar op vrijdagmiddag, in zo’n bomvol scholierencafé in Ede, en hadden daar meteen een opvallend ongewoon gesprek over het heelal. In de weken daarna troffen we elkaar een aantal keer in het parkje tussen onze scholen, stiekem rokend en eindeloos kletsend, en voor ik het wist heette het verkering.
En echt: we pasten goed bij elkaar. We hadden allebei veel creatieve ambities, maakten graag muziek, we hielden van feestjes met vrienden, maar we vonden het leven met onze families óók heel belangrijk. Toen we net verliefd waren, ging alles helemaal vanzelf.”
Samenwonend stel
“We deden examen, krap een jaar later, en we verhuisden samen naar Rotterdam om daar te beginnen aan onze studietijd. Maar waar die periode voor veel van onze vrienden synoniem stond voor feestelijk zelfonderzoek en veel experimenteren, waren wij vooral druk met het vormgeven van ons gezamenlijke huishouden.
We deden ook heus wel leuke dingen samen: we gingen af en toe naar een festival en Niels kwam vaak in de studentenkroeg waar ik werkte. Ik maakte nieuwe vrienden bij kunstgeschiedenis en hij sloot zich aan bij een voetbalteam waar hij avonden mee op pad ging. Maar daarnaast leefden we ook gewoon het leven van een getrouwd stel. Met in de ochtend overleg over de boodschappen en gesteggel over wie wat moest schoonmaken. Met eindeloze tripjes naar Ikea om ons huis piekfijn in te richten en met veel avonden op de bank voor de tv.
Begin van de relatieproblemen
Behalve twee studenten waren we ook een samenwonend stel, en daar kwamen conflicten en discussies van die de meeste mensen pas op hun dertigste, veertigste voeren. Ik kon me er kapot aan ergeren dat hij vaak pas tegen zevenen aan kwam waaien, en het dan vanzelfsprekend vond dat ik al boodschappen had gedaan en had gekookt. En hij werd steeds gekker van mijn gedram om een brandschoon huis – en dat ik niet accepteerde dat hij één keer in de week boenen ook wel genoeg vond.
Met meer kennis over relaties en communiceren hadden we met gemak samen tachtig kunnen worden
Ik vond het belangrijk om te sparen, hij wilde liever reizen. Hij wilde lekker lang over zijn studie doen, ik wilde haast maken omdat ik op tijd moeder wilde worden. Door het samenwonen, en doordat we al zo jong zo bloedserieus waren met elkaar, begonnen er relatieproblemen te ontstaan en kwamen er al snel wezenlijke verschillen tussen ons aan het licht.
Hij was makkelijker, langzamer, meer ontspannen. Ik strenger, actiever, georganiseerder. En in plaats van die verschillen tussen ons te accepteren – en ons te concentreren op wat we wél goed konden samen – gingen we steeds meer ruzie maken omdat we vonden dat de ander zich niet genoeg voegde.
Blindstaren op onnozele verschillen
Nu denk ik: jezus, wat zonde. Als ik terugkijk naar hoe we uren konden filosoferen over tijd en ruimte, over leven na de dood. Hoe we konden genieten van nieuwe restaurants uitproberen, of van samen thuis de ultieme roti maken. Hoe fijn we het in bed hadden en hoe graag we samen musea bezochten. We hadden goud in handen, denk ik met terugwerkende kracht.
Met meer kennis over relaties en communiceren hadden we met gemak samen tachtig kunnen worden. Als we ons maar niet zo stom hadden blindgestaard op die onnozele verschillen; op die paar kanten van ons die zo anders waren, en die we tot steeds grotere proporties opbliezen.”
Onverschillig
“Het dieptepunt van onze relatieproblemen bereikten we zo’n vijf jaar na onze studie. We probeerden inderdaad zwanger te raken, maar dat lukte al zeker een jaar niet – en ik sluit niet uit dat dat door de spanning kwam, die zo voelbaar tussen ons in hing.
Buitenshuis waren we tot leuke, interessante mensen uitgebloeid: hij gaf les aan de kunstacademie en ik werkte bij een galerie. We hadden een poel leuke, creatieve, lieve vrienden om ons heen en een prachtige etage met uitzicht op het park.
Dieptepunt van vernedering
Het was een zaterdag volgens mij. Ik weet in ieder geval nog dat we op het punt stonden om naar een etentje bij vrienden te gaan. En ik weet nog dat ik achter hem aan rende de trap op, woedend en radeloos, omdat hij wéér de zorgtoeslag niet had aangevraagd: het enige klusje in die week dat voor hem was. We stonden in onze slaapkamer en ik weet nog hoe hij met smalend gezicht mijn boosheid imiteerde.
Ik reageerde daarop door te roepen dat hij een nietsnut was, en dat ik niet samen kon zijn met een kind. En zo werd het duidelijk dat we op een cruciaal punt van onverschilligheid en vernedering waren uitgekomen. We legden het bij en gingen naar het restaurant. Maar het was volgens mij voor ons allebei voelbaar dat we het waarschijnlijk niet meer zouden redden samen.
Nieuwe relatie
Ik heb er veel van geleerd, ja. In mijn nieuwe relatie kijk ik wel drie keer uit voordat ik mijn ideeën over hoe het moet als een raster op de ander druk. Het is een goede relatie, zonder al die relatieproblemen, mede dankzij die eerdere ervaring natuurlijk.
Maar hoe meer tijd er nu overheen gaat, hoe groter het verdriet en de spijt wanneer ik terugkijk op mijn tijd met Niels. We waren er op jonge leeftijd met zo veel liefde en overtuiging ingestapt. Dat lelijke verloop daarna hadden we allebei niet verdiend.”
Meer lezen
- Moet je perse vlinders voelen voor een gelukkige relatie? Marieke (58): ‘Ik leerde dat verliefdheid niet hetzelfde is als liefde’
- Liefdesverdriet verwerken: dit helpt na een relatiebreuk (en dit niet)
- De grootste liefdeslessen leer je van je ex: 6 inzichten
Illustratie Lotte Dirks