We zijn altijd op zoek naar mooie en fijne plekken. Online redacteur Rachel ging voor een midweek naar het noorden van Italië.
Het is kwart voor zeven in de ochtend als we door mijn vader worden afgezet bij Schiphol. Er raast een storm over ons land en we waaien bijna weg op de kiss en ride. Het is daardoor ook nog even spannend of we wel kunnen vertrekken, maar na een halfuurtje vertraging zitten we toch in het vliegtuig. Het is dat het niet anders kon dit keer, maar na de vliegreis zeg ik tegen mijn zus: ik ga nooit meer vliegen. Tijdens de vlucht worden we hortend en stotend door elkaar geslingerd, terwijl ik ademhalingsoefeningen doe in het braakzakje.
Maar goed, genoeg over de heenreis. We komen aan op het vliegveld van Turijn en de zon schijnt heerlijk op ons gezicht. Wanneer we rondrijden in onze huurauto richting een dorpje in de heuvels, kan ik mijn zonnebril uit m’n tas pakken. Wat voelt dat fijn! Ik weet dat in Nederland de regen tegen de ramen slaat.
Ons eerste bestemming is het prachtige plaatsje Cocconato, ergens hoog in de bergen. Dat hebben we geweten. Met samengeknepen billen (eigenlijk vooral bij mij) manoeuvreert mijn zus de auto door alle haarspeldbochten. Maar het is het waard. De kleine (bijna lege) straatjes, de prachtige gekleurde gebouwen en overal een weids uitzicht over het dal. We eten iets op een terrasje tussen de locals, we hebben geen idee wat precies, want de vrouw spreekt alleen Italiaans. En slenteren door de straten terug naar de auto.
Slapen in een boomhut
Dan is het tijd om naar onze eerste slaapplek te gaan. En wat voor een. We rijden het pad op van een prachtig roze huis en boven op een heuvel zien we de boomhut waar we mogen overnachten. Alles binnen is van hout gemaakt en op het balkon heb je een waanzinnig uitzicht over de omgeving. ’s Avonds wordt er voor ons echt Italiaans gekookt door Matteo en komt zijn Nederlandse vriendin Anne-Marije (over wie ik al eens eerder schreef) langs om met ons te kletsen.
De volgende morgen worden we verrast met een uitgebreid ontbijt, in een rieten mand die bij onze boomhut wordt gebracht. We slepen de tuinset naar beneden en terwijl we genieten van de broodjes, schijnt de opkomende zon in ons gezicht. Best lekker om in februari al in een blouseje buiten te kunnen zitten. Om de omgeving te ontdekken, mogen we op pad met de elektrische mountainbikes die bij het huis horen. Het is even wennen zo’n fiets, maar al snel gaan we als een speer alle heuvels op en af. Een heel fijne manier om van alles te zien.
Een rondleiding door het kasteel
Onze bestemming is een oud kasteel in San Sebastiano da Po. Als je eens in de buurt bent, is dit zeker een aanrader (er zit zelfs een ouderwetse B&B in het gebouw). Ik pak de telefoon en bel het nummer dat Matteo me gegeven heeft. Het blijkt van een vriend van hem te zijn die in het kasteel woont. Hij neemt enthousiast op en vertelt dat zijn vader ons zal rondleiden.
Een grote, rode deur zwaait open en een oudere man begroet ons vrolijk in het Frans (hij heeft het idee dat we dat zonder moeite kunnen verstaan, we komen ten slotte uit het noorden). We herkennen gelukkig een aantal woorden en knikken af en toe, terwijl we het eigenlijk niet kunnen verstaan. Met een grote sleutelbos opent de beste man allerlei deuren en luiken. We krijgen alle hoeken en gaten van het kasteel te zien, waarbij hij druk vertelt over de geschiedenis van de plek.
Als het bijna donker wordt besluiten we dat het tijd is om terug te gaan naar onze boomhut. We sjezen de ene heuvel af en trappen de andere weer op. ’s Avonds staat er opnieuw een mand met lekkers voor onze deur. Moe, maar voldaan duiken we na het eten ons bed in, op naar weer een zonnige dag mét een nieuwe bestemming.”
Binnenkort deel ik het tweede deel van het verhaal, over onze drie dagen in Turijn.
Meer lezen
- Hier vind je meer informatie over de mooie boomhut waarin wij hebben overnacht.
- Liesbeth zoekt een hobby: leren over Italië.
- Flow logeert: in de duinen van Denemarken.
Tekst Rachel Vieth Fotografie Beetje