Geleefd door je gedachten? 4 tips van psychologen

illustratie van meisje die haar gedachten opschrijft

Waarom worden we zo geleefd door onze gedachten? Ondanks dat we weten dat je je gedachten niet bent, is het in de praktijk maar lastig om ze los van jezelf te zien. Dit leerde Flow’s Lisanne van de psychologen waar ze mee samenwerkte.

Eén van de eerste dingen die ik leerde toen ik werkte bij OpenUp, een platform voor mentaal welzijn, is dat je jouw gedachten niet kunt stoppen. Je kunt ermee leren omgaan en je er niet door laten leiden, vertelden psychologen me, maar de gedachten stoppen, dat is onzin. En ook niet per se nodig.

Ongewenste gedachten kun je niet vermijden

Grappig genoeg had ik er nog nooit zo naar gekeken, die nuance tussen ‘stoppen met’ en ‘omgaan met’. Ongewenste gedachten horen bij het leven. Het gaat er niet om dat je ze vermijdt of dat ze er nooit meer zullen zijn, maar hoe je ermee omgaat en dat het oké is dat ze er zijn.

Als die ongewenste gedachten nogal eens aan het roer staan, kun je leren om ze wat vaker naar de achterbank te verplaatsen. Want ondanks dat ze je in allerhande situaties van dienst zijn, werken ze je ook vaak genoeg tegen. Zoals die belemmerende gedachte dat je ergens niet goed genoeg voor bent en het daarom maar niet doet, terwijl het je wel gelukkig maakt.

Het loslaten van je gedachten

De wetenswaardigheid dat ongewenste gedachten hoe dan ook in je hoofd oppoppen, stelt mij al gerust. Ze horen er een beetje bij en dat helpt om ze te accepteren.

Door nauw samen te werken met de psychologen bij OpenUp begreep ik beter hoe je je gedachten op die bijrijdersstoel kunt zetten.

  • 1. Gebruik een work-around gedachte

Als je merkt dat dezelfde gedachte je steeds tegenhoudt, kun je die proberen te vervangen door een meer positieve gedachte; een helpende gedachte.

Want ook als het op je denken aankomt, baart oefening kunst: het denken van een gedachte vergroot de kans dat ie weer terugkomt. Door ‘m te vervangen door een meer helpende, wordt de helpende gedachte langzaam het nieuwe normaal.

  • 2. Geef de stem in je hoofd een naam

Door de stem in je hoofd een naam te geven, ontstaat er afstand tussen jou en de dingen die je denkt. Het benoemen van de gedachte is een kleine truc die veel psychologen in hun werk gebruiken.

Steeds als de gedachte oppopt, denk je: ‘kijk, daar hebben we Ans weer die mij vertelt dat ik dit niet kan.’ Dit helpt om de gedachte niet voor waar aan te nemen en ‘m makkelijker opzij te zetten.

  • 3. Doet het er nog toe als je 80 bent?

Ook kun je jezelf afvragen of de gedachte er eigenlijk nog wel toe doet als je 80 bent. Vaak lijkt iets in het moment heel groot en belangrijk, maar realiseer je je door deze simpele vraag dat het lang niet zoveel impact heeft als je jezelf wijsmaakt.

  • 4. Zoom uit

Als je merkt dat je je laat meevoeren op een bepaalde gedachte, zoom dan even uit. Letterlijk. Doe je ogen dicht en kijk naar jezelf vanaf grote hoogte, boven de aarde. Merk op hoe klein je bent en hoe onbenullig je gedachte nu misschien wel lijkt in het grotere geheel. Een cognitieve afstandstechniek uit de psychologie om je gedachte geen ruim baan te geven.

Door afstand te nemen van de gedachten, krijgen ze minder betekenis. Zo kun je ze langzaam maar zeker loslaten, totdat ze je niet meer in de weg zitten.

Lees meer

Tekst Lisanne van Marrewijk  Illustratie Yelena Bryksenkova
Gepubliceerd op 7 oktober 2023

Promotional image

Van mental health tot goed nieuws

Flow nieuwsbrief

Wil je nog meer verhalen van Flow? Twee keer per week versturen we een mail met nieuwe artikelen.

SCHRIJF JE IN