Go to content

Verhuisd naar het buitenland: Ingrid woont in Zweden vanwege de ruimte en minder gedoe (maar er zijn ook uitdagingen)

Verhuisd naar het buitenland: Ingrid woont in Zweden vanwege de ruimte en minder gedoe (maar er zijn ook uitdagingen)

Fotograaf en journalist Ingrid Hofstra woont in Zweden. Ze heeft er geleerd mee te buigen met de seizoenen en haar energie goed te verdelen. Zoals je in de winter naar binnen te keren, om op te laden. Het brengt haar veel voordelen, maar er zijn ook uitdagingen.

Hele dagen buiten

In Nederland woonden we in een bescheiden appartement van 68 vierkante meter, op de tweede verdieping van een flat. Meer zat er gewoonweg niet in. In de zomer na de pandemie gingen mijn man en ik samen op vakantie naar Zweden. Daar knapten we enorm van op. Zo veel groen, wat een luxe, we waren hele dagen buiten. Zweden zijn enorme natuurliefhebbers. Gelukkig maar, want meer dan de helft van het land bestaat uit bos en het land telt bijna 96.000 meren.

Een groot verlangen naar rust en ruimte

Na de geboorte van onze zoon dachten we vaak terug aan Zweden. Weg van de hectiek, alles een versnelling lager: het verlangen om te vertrekken werd steeds sterker. Daar zouden we ons leven kunnen omgooien. Mijn man, rechercheur bij de politie, had al jaren de droom om schrijver te worden. En ik, fotograaf en schrijver, zou mijn carrière er gewoon voortzetten, daar was ik van overtuigd. We zouden veel meer tijd als gezin kunnen doorbrengen, in een écht huis.

Natuurlijk was er ook een keerzijde. Zo zouden we onze familie en vrienden minder vaak zien, iets wat ons nog steeds zwaar valt. Maar de behoefte aan rust en ruimte kreeg de overhand. De beslissing viel, we vertrokken.

Veel papierwerk

Dat klinkt simpeler dan het is. Voordat je als inwoner van Zweden geregistreerd staat en verder kunt met je eigen bedrijf, ben je zo een half jaar en heel wat papierwerk verder. Ook spreken veel Zweden hier in het zuiden nauwelijks Engels: daar sta je dan met je mond vol tanden. Maar andere dingen waren oprecht eenvoudig. Na een maand in Zweden vonden we een prachtig huis. We waren meteen om. Het had liefde nodig, maar is wel twee keer zo groot als ons appartement in Nederland. En, belangrijker: het heeft een grote tuin, ligt tien minuten lopen van het bos en vlakbij is een prachtig meer.

Meer plek, minder gedoe

Na onze emigratie voelden we ons al snel op ons gemak in de Zweedse wildernis. Nu wordt je één voelen met de natuur hier ook wel gestimuleerd. Vooral het Allemansrätt, vertaald als allemansrecht, draagt daaraan bij. Deze Zweedse wet geeft iedereen het recht om, mits respectvol, gebruik te maken van de natuur. Hier loop je niet – zoals in Nederland – het risico dat je een boete krijgt als je te veel bramen plukt. Wildkamperen, eten verzamelen en rondwandelen mag overal in Zweden, zelfs op privéterrein. Op voorwaarde dat je voor kamperen even netjes toestemming vraagt, de eigenaar niet stoort en zorgvuldig met zijn land en de gewassen omgaat.

De natuur is een collectieve plek, waar collectief voor wordt gezorgd. Iets in me zegt dat dat in Nederland minder goed zou werken – waarom weet ik niet precies. Zweden is elf keer groter dan Nederland, met slechts tien miljoen inwoners. Misschien is dat het geheim: er is simpelweg meer plek en daardoor minder gedoe.

Winter is coming

De zomer vloog voorbij en al snel vielen er geen bessen meer te plukken. Het weer sloeg om. In Zweden worden de dagen sneller kort, eind augustus komt de herfst al in zicht. “Bereid je maar goed voor op de winter,” waarschuwden mensen uit de buurt. Zelf hadden we nog geen beeld bij die lange donkere winter, maar het viel ons alles mee. Begin september plukten we het bos nog even leeg: de laatste bosbessen en cantharellen gingen mee naar huis. In oktober kleurden de loofbomen het landschap prachtig roodbruin, een geweldig gezicht, zo tussen de groene naaldbomen door. De lucht werd koeler en de ochtenden mistig.

Liever te vroeg dan te laat

Niets gebeurt hier last minute: het opgejaagde gevoel waar we in Nederland nog weleens last van hebben, kennen ze niet. We zagen hoe de Zweden zich in de herfst in alle rust klaarmaakten voor de winter. In de winkels lag alvast volop strooizout. Beetje vroeg, leek ons, maar zoals ik al zei: een Zweed is liever te vroeg dan te laat. Brandhout voor de houtkachel bestellen ze hier in april, dan kan het in de zomer mooi drogen. We zagen hoe er overal oranje paaltjes in de berm werden gezet die de weg zouden wijzen als er sneeuw kwam. En er kwam sneeuw, veel sneeuw.

Leven met de seizoenen

Wat ik ook van de Zweden leer, is het verdelen van je energie door het jaar heen. In de winter keren ze naar binnen, om op te laden. Begrijp me niet verkeerd, Zweden zijn het hele jaar veel buiten te vinden. Ook als het koud is, dwalen ze door de bossen, spelen ze buiten met de kinderen en wordt er zelfs buiten gezwommen. Maar ze zijn ook veel binnen, lezen, koken, brengen tijd door met familie.

Als de zomer komt, lijken de mensen wakker te worden uit hun winterslaap. Ze gaan op roadtrip of met z’n allen hiken. Ook in de dorpen en steden is zo veel meer reuring overal. Kennelijk begin ik al aardig in te burgeren, want zoals het bij de Zweden begint te kriebelen zodra het zomer wordt, gebeurt dat ook bij mij. Ik geniet van de parken die in bloei staan, van het strand en van de drukte op terrassen. We bedenken nieuwe projecten, maken plannen om eropuit te gaan, te kamperen en feestjes te geven in de tuin. Rusten komt later wel, als de zomer voorbij is.

Meer lezen


Tekst Ingrid Hofstra  Fotografie Inès d’Anselme/Unsplash
Gepubliceerd op 1 november 2024, bijgewerkt op 9 mei 2025

Deel dit artikel
Flow nieuwsbrief Flow nieuwsbrief
Van mental health tot goed nieuws

Flow nieuwsbrief

Wil je nog meer verhalen van Flow? Twee keer per week versturen we een mail met nieuwe artikelen.

^