Vakantie-inspiratie nodig? Dit is een fijne camperreis voor avontuur én ontspanning

camperreis

Uitrustvakantie óf spannende reis? Journalist Jantine Jongebloed wil het allebei. In Marokko komt ze er tijdens een camperreis achter dat die twee ook heel goed samen kunnen vallen.

Tekst en fotografie Jantine Jongebloed
Gepubliceerd op 4 augustus 2024


Dag 1: ‘Een camperreis naar Wales werd uiteindelijk Marokko’

Het is vroeg in de ochtend als we ons melden bij de haven van Algeciras. Recht tegenover ons, aan de overkant van de Straat van Gibraltar, verschijnt de zon als een rood-paars gloeiende bol boven het continent Afrika, als een warm en liefdevol welkom. Van tevoren hebben we globaal een rijroute bedacht – door de bergen richting de Sahara, wellicht een kustdorp als het past – maar we hebben voor het eerst niks van tevoren gereserveerd, geen camping of hotel (waar we soms ook zullen slapen), dus we hoeven niet te haasten.

Vanuit Tanger rijden we naar de blauwe stad: Chefchaouen. Langs de kant van de weg tapijthandelaren, geurende eetkraampjes en spelende kinderen die ons vrolijk toezwaaien. In Chefchaouen liggen de straten overhoop en het logeeradres dat we net hebben uitgezocht, kunnen we niet vinden. Na anderhalf uur speuren krijgen we bijna ruzie. Lekker ontspannen is dit niet.

De volgende voorbijganger die we om hulp vragen, blijkt de eigenaar van onze B&B te zijn. Hij loodst ons naar zijn prachtige plek, waar het ruikt naar snoep en verse deegwaren. We vragen hem waar we het beste een tijdelijke Marokkaanse simkaart kunnen kopen, zodat we onderweg onze navigatieapps kunnen blijven gebruiken.

Hij neemt ons op sleeptouw langs drie verschillende snuisterijenwinkels, waar we na een hoop heisa en gebaar met handen en voeten uiteindelijk vinden wat we zoeken. Die avond komen we op het dakterras van onze B&B bij van een bewogen eerste dag. We drinken een glas vers avocado­sap en kijken uit over het imponerende Rifgebergte, met al die tinten groen.

We snakken naar spanning en onverwachte plekken

Een paar weken voor onze camperreis naar Wales zou beginnen, besluiten mijn reisgenoot (lees: echtgenoot) en ik de plannen eens flink om te gooien. We spreken gelijktijdig een schijnbaar gedeeld verlangen uit: na vier jaar (fijne, maar ook wat voorspelbare) West-Europese vakanties hebben we zin in avontúúr. We snakken naar spanning, onverwachte plekken, overweldigende natuur, ontmoetingen met mensen die niet op ons lijken.

Sorry sorry Engeland: je bent prachtig, maar ook een tikkie saai. We verlangen naar een vakantie die overdondert en verrast, op een bestemming die vanuit Nederland berijdbaar is, met onze 4×4 camper als ons mobiele thuis. Al snel zijn we eruit: we gaan terug naar Marokko. Het land waar we jaren geleden zo van onder de indruk waren en waar we graag nog eens de woeste bergen van de Hoge Atlas zouden bezoeken.

Een klein beetje fomo

In twee dagen rijden we naar Zuid-Spanje, waar de ferry ons de volgende ochtend naar Marokko zal brengen. In mijn Google Maps staan kriskras over de kaart meer dan zeventig locaties in het land gepind. Opgeslagen tips van vrienden en het internet. Ik vrees dat we achtduizend kilometer verder zijn als we ze allemaal aan willen tikken in twee weken. Je zou er een rolberoerte van krijgen.

Een heel klein beetje fomo is me niet vreemd, maar ik besluit verstandig dat er op deze reis niks is wat ik écht niet kan missen. Teruggaan naar een eerder bezochte vakantiebestemming haalt de druk er toch een beetje af: de highlights hebben we gehad. Tijd om al lanterfantend het sprookjesland te doorkruisen. Want na mijn drukke werkjaar moet er behalve geavonturierd ook nodig uitgerust gaan worden.

Dag 3: ‘Nog even inkomen’

Als volwassene vier je vakantie zoals je het uit je jeugd gewend bent. Als ik in het Atlasgebergte de slaap probeer te vatten tussen de tientallen jankende straathonden, ‘vervloek’ ik mijn ouders die me als kind meenamen op kampeervakantie naar de Zwitserse Alpen. Ik verlang naar een geluiddichte hotelkamer op een all-inclusive resort in plaats van deze primitieve camper met tentdak waar alle geluiden doorheen waaien.

De balkende pakezels worden om vijf uur ’s ochtends samen met een kreukelige versie van mij wakker. Even inkomen nog, dit camperleven. Als we later door valleien vol kersenboomgaarden tegen felrode heuvel­ruggen rijden, kan me dat resort natuurlijk gestolen worden. We lunchen met een verse tajine bij een vrolijk wegrestaurant en ik besef dat dit meer all-inclusive is dan ik ooit had kunnen dromen.

Dag 5: honderdzeventig kilometer langs de afgrond

We rijden een spectaculaire offroad-route die mijn reisgenoot heeft uitgestippeld. Weg van de gebaande paden, het asfalt en verkeersborden. Stapvoets loodsen we onze camper over smalle bergpassen en staan soms even stil om een schaapskudde met boer in hun kielzog te laten passeren.

Het uitzicht op de gevaarlijk diepe afgronden waar we de hele tijd heel dicht langs rijden, probeer ik te negeren om niet in paniek te raken. Ik focus op al het andere: de bergwanden die steeds van kleur veranderen, de weidsheid en de vergezichten, de blauwbonte vogels die ik nooit eerder heb gezien.

In niemandsland helpt men elkaar

De route die we vandaag in gedachten hebben, is honderdzeventig kilometer lang. In Nederland in een poep en een scheet gereden. Hier hebben we na zes uur onze billen samenknijpen nog geen honderd kilometer afgelegd. Haast is een begrip uit een andere wereld.

Vlak voordat we een hoge bergtop bereiken, komt onze auto puffend tot stilstand. De motor is door het vele stijgen oververhit geraakt en onder de motorkap komt de koelvloeistof omhoog gespuwd. Even later zet een granaatappelboer zijn auto langs de kant van de weg om te komen helpen.

Met jerrycans vol water koelt hij onze motor af. We bedanken hem en nemen afscheid. Als we verder rijden, blijkt tweehonderd meter verderop dat de man nu zelf stilstaat: hij is te zwaar beladen en zijn koppeling laat het afweten. We trekken hem met een sleeptouw achter onze camper aan de bergpas over. In niemandsland helpt men elkaar. Als aandenken krijgen we drie granaatappels.

camperreis

Dag 7: bijkomen zonder internet

Ik heb op wat sporadische wifi na geen internet op mijn telefoon, dus overdag spaar ik de vragen op waar ik in de avond naar wil googelen: Waarom zijn sommige boomstammen wit geschilderd? Wat tekent de Berberse cultuur? Hoe groeien dadels eigenlijk?

Een paar weken geen Instagram, LinkedIn en het continu refreshen van m’n nieuws­apps geeft rust, merk ik. Overdag genieten we van de levende schilderijen met olijfbomen en velden vol bloeiende krokussen met saffraan, ’s avonds praten we elkaar bij kaarslicht bij over de vragen waar we nu de antwoorden op kunnen googelen.

Dag 8: Een wonderschone B&B

Verder naar het zuiden doemen de eerste dromedarissen op. Ze staan als grazende koeien in de gele vlaktes naast de weg. Op een nomadenmarkt tussen de palmbomen koop ik een kobaltblauwe sjaal van een man die ooit twee woorden Nederlands heeft geleerd en ons keer op keer vrolijk “Vissticks koken!” toeroept.

Op de markt hangen schapenkoppen als trofeeën bij de slagerskramen, mensen kopen onderbroeken en wij knopen glimlachend een praatje aan met café-eigenaren die ons muntthee schenken. De dagen zijn zo vol indrukken dat het na een week onderweg al voelt alsof we hier twee maanden rondreizen.

Die avond slapen we na een paar zalige nachten in ons camperbed van één meter tien breed (je moet veel van elkaar houden om de slaap te vatten) in een wonderschone B&B. Een adres dat we getipt kregen van vrienden die niet zo lang geleden door Marokko trokken.

Ze hebben niets te veel gezegd: het uitzicht over de groene vallei, de enthou­siaste eigenaar die ons van wandeltips voorziet en zijn moeder die de lekkerste tajines serveert – met gekruide regenbooggroenten uit de moestuin en citroenen van eigen oogst – maken dat we bijna besluiten om nog een dag te blijven. Maar de camper roept. We hebben tijdens deze camperreis zin in wildkampeeravonturen.

camperreis

Dag 11: vies, moedeloos en moe

In M’Hamid El Ghizlane, een oasestad vlak voordat de woestijn begint, doen we wat inkopen bij de groenteboer zodat we vanavond bij de auto kunnen koken. In het laatste café voor de zandduinen van Erg Chigaga opdoemen, drinken we een cola. Onze auto krijgt veel bekijks en complimenten. Hij staat bekend als de ideale woestijnbeklimmer, de koning van de woestenij, waarmee we elk duin gaan trotseren.

Ik wil de glooiende heuvels van Engeland

Maar na een half uur rijden door het zachte zand blijkt de turbomotor het weer op te geven. We vrezen dat het koelsysteem is verstopt, waardoor de motor niet goed af kan koelen. Er zit niks anders op dan om te keren en over de doorgaande weg onze weg te vervolgen. Wildkamperen in de woestijn kunnen we vannacht wel op onze buik schrijven.

’s Avonds strijken we teleurgesteld en een beetje chagrijnig neer op een stoffige camping tussen de Duitse pensionado’s. We zijn vies, moedeloos en moe na drie dagen kamperen. Ik wil geen avontuur meer. Ik wil de glooiende heuvels van Engeland en een kop warme thee met melk.

Dag 12: naar het hart van de woestijn tijdens de camperreis

De volgende ochtend blijken we op een camping te zitten met een gloeiendhete douche waar we met z’n tweeën onder kunnen. We beseffen dat we al vijf dagen niet warm hebben gedoucht. Als we ons aankleden, zien we alles opeens veel helderder en positiever in. We gaan een garage zoeken en daarna een nieuwe woestijnpoging wagen.

Als we de campingeigenaar vragen om advies voor een goede garage, zegt hij dat de garage zo naar ons toe komt. Zoals we in Nederland mobiele fietsenmakers kennen, zo hebben ze in Marokko rijdende automonteurs. Op een grote bakbrommer arriveert tien minuten later een technicus die de koelvloeistof ververst en het hele systeem schoonmaakt.

Boven ons een fonkelende Melkweg die ons kalmerend in slaap sust

De auto draait op nieuwe volle toeren en brengt ons naar het hart van de woestijn. We parkeren ons mobiele huisje in een duinpan en rennen naar de top van het duin. Het oranje zand zien we langzaam geel- en dan grijskleurig worden als de zon achter de horizon verdwijnt. We kunnen kilometers ver kijken.

Onze telefoons hebben geen bereik, we zijn alleen. In de daktent is het muisstil en juist in die stilte hoor je elk gekraak, wat het een beetje angstaanjagend maakt. We leggen onze boeken naast ons neer en gaan Yahtzee spelen. De dobbelstenen op het tafelblad overstemmen de oorverdovende geluidloosheid. Boven ons een fonkelende Melkweg die ons kalmerend in slaap sust.

camperreis

Dag 14: Marrakesh

In de souk van koningsstad Marrakesh worden haaieneieren en in fluorescerende kleuren gespoten kuikentjes verkocht, op het grote Djemaa el Fna-plein krioelen zwarte cobra’s en apen aan logge kettingen, ter vermaak van de vele toeristen. Als dierenliefhebber is deze stad geen geweldige plek.

In de serene binnentuin van een oude Koranschool halen we ons hart op, we kopen komijn, anijs en cayennepeper, en een handgeweven kleed voor thuis in onze woonkamer. Na een bezoek aan een exclusieve cocktailbar (een unicum, er wordt bijna nergens in Marokko alcohol geschonken) huppelen we zwierend terug naar ons sprookjesachtige Duizend-en-een-nacht-hotel. De lakens zijn er besprenkeld met sinaasappelolie, waardoor we heerlijk in slaap vallen.

Dag 16: inspannen is soms ook ontspannen

In de haven van Tanger staan we drie uur in de rij voor de douane. We missen de boot die we hoopten te halen en mopperen omdat onze maag knort terwijl hier nergens eten te koop is. Ons avondeten bestaat nu uit twaalf verschrompelde zwarte olijven die we nog in de camper vinden. Uiteindelijk komen we met negen uur vertraging aan in Spanje. De boot vanuit Engeland zou vast keurig op tijd zijn gevaren, zeggen we lachend.

Misschien is een avontuurlijke vakantie voor mij wel de ultieme voorwaarde om in het hier en nu te kunnen leven

Eenmaal terug op ons eigen continent realiseer ik me dat ik van de vijf boeken die ik vol goede moed in ons campertje had gepropt, er krap één heb uitgelezen. Ik was te druk met eigen verhalen maken en heb weinig momenten van totale rust ervaren. Maar inspannen is soms ook ontspannen, bedenk ik.

Alhoewel ik nauwelijks heb stilgezeten, heeft mijn hoofd tijdens de camperreis ook geen tijd gehad om af te dwalen naar het werkproject dat volgende week van start gaat. Misschien is een avontuurlijke vakantie voor mij wel de ultieme voorwaarde om in het hier en nu te kunnen leven. Goed voor meer piekerloze tijd dan ik aan de rand van een zwembad voor elkaar kan krijgen.

Meer lezen

Promotional image

Van mental health tot goed nieuws

Flow nieuwsbrief

Wil je nog meer verhalen van Flow? Twee keer per week versturen we een mail met nieuwe artikelen.

SCHRIJF JE IN