Je hele werkende leven zo ongeveer hetzelfde doen: is dat jaloersmakend rustgevend of een gebrek aan ambitie en is dat erg? Journalist Anneke Bots, al vijftien jaar ‘gewoon een freelancer’, gaat bij zichzelf te rade.
Op zich is er natuurlijk niks mis met wat ambitie. Het zorgt dat je actie onderneemt. Zonder ambitie gebeurt er niks. In de basis is het dus een mooie gedrevenheid die je de kracht geeft om iets te bereiken. Een streven om te groeien, beter te worden en vooruit te komen. Fijn, want daardoor ontwikkelen we ons. Maar ambitie is ook een beladen woord geworden, carrièretaal. Zo beschrijft Wikipedia het als ‘eerzucht, het streven om carrière te maken en de daarmee vaak gepaard gaande zucht, dorst naar eer of roem. Het streven naar een bepaald doel.’ Dan denk ik aan ellenbogenwerk en een nietsontziende drive. Je kunt de betekenis van ambitie ook anders formuleren, zegt sociaalpsycholoog Barbara van der Steen: als een droom of wens. Dat klinkt meteen al een stuk vriendelijker.
Hoe dan ook, het ‘ambitiezaadje’ wordt al vroeg geplant. Steeds vroeger ook. In mijn tijd hoefde ik op de kleuterschool nog weinig meer te doen dan plaatjes uitprikken en inkleuren. Kom daar nu maar eens om. Mijn kinderen kregen in groep 1 en 2 al hun eerste Citotoetsen, en dat werd behoorlijk serieus aangepakt. De tafeltjes werden uit elkaar geschoven om afkijkende kleuters tegen te gaan. Deze Citotoetsen zijn de eerste testen in een leven vol examens, diploma’s en certificaten.
En vol ouders die hun kinderen aanmoedigen goede cijfers te halen (ja, ik doe daar net zo goed aan mee), want je wilt toch het beste voor je kind. En hoe beter hij scoort, hoe meer keuzes hij heeft. De wereld ligt dan aan z’n voeten, hij kan worden wat hij wil: dokter, journalist, kunstenaar of uitvinder. Of z’n geluk zoeken aan de andere kant van de wereld. Alles kan.
Te veel ambitie?
Dat is een enorme luxe en rijkdom, maar het vraagt ook wel iets van ons, merkt Van der Steen. “Voor veel mensen is het een worsteling om te bedenken wat je wilt. En een verantwoordelijkheid, want wanneer je niet bereikt wat je had gewild, voelt dat toch een beetje als je eigen schuld. Alles ligt immers binnen handbereik, dus belemmeringen zitten vooral in jezelf.”
Vroeger was dat anders. Van der Steen: “Toen had je nog allerlei excuses: je was het dubbeltje dat geen kwartje kon worden door je achtergrond. Of het was de wil van God waardoor je niet verder kwam. Maar die verklaringen gaan voor veel mensen nu niet meer op. In de beleving van vandaag heeft iedereen kansen en is het aan jou die te benutten. Dat brengt ook als opgave dat je je leven zelf moet vormgeven, dat je jezelf op waarde moet leren schatten. Het betekent ook omgaan met teleurstellingen en dat vergt emotionele stabiliteit.”
Lees meer
- ‘Jong en succesvol zijn’ hoeft helemaal niet.
- Je verantwoorden voor je beroeps- of studiekeuze: waarom doen we dat eigenlijk?
- Niets doen: waarom dat geen luxe is.
Tekst Anneke Bots Fotografie Kinga Cichewicz/Unsplash.com