Een bed delen lijkt onlosmakelijk gekoppeld aan een goede relatie en veel seks. Maar waarom eigenlijk? En is dat wel zo terecht?
Tegen iemand aan liggen, de warmte van de ander voelen, in slaap vallen met een lijf tegen het jouwe. Het klinkt mooi, maar loopt soms helaas anders. Gewoel, gesnurk of armen die je steeds opzoeken kunnen je slaap onderbreken, en ervoor zorgen dat je je liever afzondert van de ander en in je eigen ‘ruimte’ in slaap wilt vallen.
Slapen op een apart matras of in een andere kamer kan voor de ander als afwijzing voelen. Terwijl het niets hoeft te zeggen over je gevoelens over een ander – je wilt gewoon een goede nachtrust.
Twee slaapkamers
‘Een klassieker’ vindt Annelies Smolders, slaapexpert en auteur van Start to sleep, de situatie. In haar praktijk komt ze het vaak tegen: stellen die op consult komen omdat de een excessief snurkt, rusteloze benen heeft of een erg lichte slaper is. In eerste instantie probeert Smolders de problemen op te lossen met slaaptherapie, maar soms zijn twee slaapkamers de uiteindelijke oplossing.
“Apart slapen gebeurt veel, hoor. Tijdens de coronacrisis werd het nog zichtbaarder. Studenten die weer bij hun ouders introkken, merkten dat een van de twee ouders nu in hun oude slaapkamer sliep. En als de zomervakantie eraan komt en koppels paniekerig worden bij het vooruitzicht plotseling weer in één hotelbed te moeten slapen, stroomt mijn wachtkamer ook vol.”
Niet voor niks een taboe
Hoewel uit onderzoek door wetenschappers uit de Verenigde Staten en Groot-Brittannië blijkt dat een op de vier stellen apart slaapt, blijft het een taboe. Een ander, Australisch, onderzoek wijst uit dat 22 procent van de ondervraagden die samen met hun partner in één bed slapen, het liefst de nachtrust alleen zou willen pakken, maar dat niet durft.
Het taboe is er niet voor niks. Evolutionair gezien staat donkerte voor gevaar en in de nacht is de mens op z’n kwetsbaarst. Als jagers-verzamelaars sliepen we dan ook in groepen om ons te weren tegen wilde dieren, en hielden we elkaar warm. De Hadza-stam in Tanzania doet dat nog altijd: de stamleden slapen met z’n twintigen samen in hutten van geweven grassprieten en takken.
“Met de groeiende welvaart veranderden onze slaapgewoontes ook,” legt Smolders uit. “Rijke Romeinen hadden twee bedden: een om in te slapen en een groter bed om seks in te hebben. Deze trend bleef ook in de middeleeuwen actueel. De koppeling tussen seks en samen slapen ontstond vooral tijdens de seksuele revolutie. Seks moet beschikbaar zijn wanneer we willen, was het idee.”
Slecht geslapen, sneller boos
De wetenschap dat de samen-slapen-norm cultureel bepaald is en aan verandering onderhevig was in de loop van de geschiedenis, kan lucht geven. Hoe we nu vinden dat het moet, is niet in steen gebeiteld. Toch kan het moeilijk blijven: ben je wel een goede partner als je halverwege de nacht je partner eenzaam achterlaat in het grote bed?
“Maar goed slapen is juist van essentieel belang voor een goede relatie,” werpt Smolders tegen. “Iemand die niet is uitgeslapen, is chagrijniger, sneller boos, fysiek minder energiek en mentaal minder weerbaar.” Dat het bed delen wel degelijk invloed heeft, toont een Brits onderzoek aan: stellen die samen slapen, hebben vijftig procent meer kans op een verminderde slaapkwaliteit dan soloslapers.
Aan je eigen kant graag
“Slaap is verschrikkelijk belangrijk,” weet ook neuroloog Steven Laureys, die Het no-nonsense slaapboek schreef. “Van je geheugen tot je weerstand: slaap is essentieel voor bijna alle lichaamsprocessen.” Toch hoeft samen slapen volgens hem niet funest te zijn voor de slaapkwaliteit.
Laureys haalt twee onderzoeken aan waaruit blijkt dat samen slapen juist weer wél tot een betere nachtrust leidt. Zo zijn stellen volgens een Brits onderzoek het gelukkigst als er ’s nachts drie centimeter of minder tussen hen in zit ’s nachts. En een recent Duits onderzoek toont aan dat mensen die samen slapen, sneller in slaap vallen en een diepere remslaap hebben.
“Mensen die niet goed kunnen slapen naast hun partner omdat die bijvoorbeeld woelt, adviseer ik om hier eens over na te denken: waarom woelt de ander zo?” zegt Laureys. “Als blijkt dat het gaat om een slaapstoornis, is het belangrijk om die te behandelen – vaak kun je er echt iets aan doen. Verschillen jullie slaapritmes, probeer dan een compromis te vinden. Om vervolgens wel weer bij elkaar in bed te kruipen, want ik denk dat het belangrijk is om daarin te investeren.”
Ik hou van je, maar kan gewoon niet slapen
Wat als in een ander bed slapen schuldgevoelens oproept? Of als het je partner verdrietig maakt? “Lastig,” zegt relatietherapeut Lot Schroeder. “Door uit het tweepersoonsbed weg te gaan, zeg je eigenlijk tegen je partner: ‘Ik kan niet met jou in één bed slapen.’ Dat kan allerlei angstige gevoelens triggeren bij de ander: je gaat bij me weg. De ander kan bijvoorbeeld gaan twijfelen of je hem belangrijk vindt, of je hem ziet.”
Ze raadt aan om een kwetsbaar gesprek aan te gaan met je partner op het moment dat samen slapen uitdagend wordt. “Vraag de ander wat er achter dat afgewezen gevoel zit: heeft hij of zij dit al eerder gevoeld? En stel de ander gerust: ‘Ik kan me voorstellen dat het voor jou voelt dat ik je afwijs, maar ik hou van je. Ik kan gewoon niet slapen.’”
Seks op spontane momenten
Als je oog hebt voor elkaars behoeftes zou apart slapen geen probleem moeten zijn, vindt ook relatietherapeut Dick de Bruijn. “De intimiteit die je anders ’s nachts zou hebben, kun je op andere momenten inhalen. Je kunt elkaar overdag bewust wat vaker aanraken of een kus geven. Of zorg ervoor dat je samen bij elkaar in bed kruipt om de dag door te nemen en te knuffelen voordat je naar je eigen kamer gaat.”
Ook je seksleven hoeft wat hem betreft zeker niet te lijden onder een ‘slaapscheiding’. “Veel koppels die niet samenwonen, hebben een spannender seksleven. Seks ontstaat dan overdag op spontane momenten. Als je elke dag naast elkaar ligt, bestaat de kans dat je denkt: morgen ligt ie er ook nog wel. Of: ik ben moe.”
Dingen doen die ‘niet horen’
“Een goede relatie definieer je niet door wel of niet naast elkaar te slapen. Juist als je dit soort issues met elkaar kunt bespreken en een middenweg vindt, merk je hoe sterk jullie band is,” zegt slaappsycholoog Cyntha Bogaart van InTune Sleep Solutions.
“Daar gaan relaties over: de ander in zijn waarde laten. En dat betekent soms ook: dingen doen die ‘niet horen’. We hebben allerlei ideeën over slaap en relaties waar we van af moeten. Iedereen heeft een andere gebruiksaanwijzing. Doe dus wat werkt voor jou.”
Meer lezen
- Tip voor als je niet kunt slapen: nachttekenen.
- Werkt een zwaartedeken echt om beter te slapen?
- Ook volwassenen hebben er baat bij: verhaaltjes voor het slapengaan.
Tekst Grete Simkuté Fotografie ©Katie Chang/Stocksy Illustratie Hadas Hayun
Gepubliceerd op 4 mei 2023, laatst bewerkt op 20 december 2023