Hoe moet dat ook alweer, ontspannen? Bente (23) werkt onder meer als online editor bij Flow en wil van een bijna-burn-out naar een leven met minder stress. Ze schrijft elke vrijdag over haar weg hiernaartoe.
Zeven weken, vijf keer therapie en heel wat tapijtsessies verder kan ik oprecht zeggen dat het een stuk beter met me gaat. Ik weet weer hoe het is om normaal te ademen, ik raak niet meer in paniek als ik de drempel van mijn eigen deur over stap en volgens mijn therapeut ben ik de nervositeit die ze eerst in mijn ogen zag, volledig kwijt.
Tijd voor een feestje én de volgende stap. Want ik mag op dit moment dan ver verwijderd zijn van een nieuwe inzinking, ik moet dat plekje wel blijven verdedigen. En dat doen we wederom op de vloer.

Als ik binnenkom bij mijn therapeut, ligt de rode oefenmat al klaar. “We gaan iets nieuws proberen,” zegt ze, terwijl ik mijn schoenen uitdoe en ga liggen. “Als jij straks ontspant, ga ik vier zinnen hardop zeggen. Jij kiest er daarvan een die je het meest aanspreekt en blijft die zin herhalen in je hoofd.” Waar het goed voor is weet ik niet, maar ik knik braaf en doe mijn ogen dicht.
Na vijf minuten liggen voel ik me ontspannen en noemt ze de eerste zin. “Ik voel me rustig.” Dan is ze tien seconden stil en noemt ze de tweede. “Ik voel me volkomen rustig.” De derde is nog uitgebreider dan de tweede en de vierde kan ik me niet eens meer herinneren, zo ingewikkeld vind ik hem.
“Kies er daar een van en blijf die herhalen, ik zie je over tien minuten,” zegt ze, en ze loopt de kamer uit. In plaats van de zin te herhalen, lijd ik de eerste vijf minuten aan keuzestress: geen enkele zin spreekt me aan. De laatste vijf minuten besluit ik nuttiger te besteden en ik kies voor het gemak voor de eerste optie. Die zin herhaal ik vijf keer, daarna raak ik afgeleid door te denken waarom ik dit in godsnaam moet doen.
“En, voel je je meer ontspannen?” vraagt ze na binnenkomst. Ik heb de neiging om ja te knikken. Ze behandelt mensen waarschijnlijk al heel lang en ik weet zeker dat het bij al die anderen wel werkt. Wat doe ik dan fout? Toch besluit ik eerlijk te zijn. “Ik snap er helemaal niets van.” Even is het stil, dan herinnert ze me aan ons eerste gesprek. Iedereen geneest op een andere manier. Wat voor de een wel werkt, werkt voor de ander niet. En zo is het. Op de fiets naar huis delete ik de vier zinnen uit mijn hoofd, zodat ik weer ruimte heb voor iets wat wel bij me past.
- Je kunt ook de andere blogjes van Bente over ontstressen lezen.