Net als bij veel andere jongvolwassenen gaat het met online redacteur Ruby altijd “Goed, met jou?”. Totdat ze zich voornam meer open te zijn over mentale struggles. Ze schrijft erover; zonder filter, mét knipoog.
Toen ik deze column mocht schrijven, kon ik wel janken van blijdschap. Want schrijven over mentale gezondheid is wat ik het liefste doe. Totdat mijn enthousiasme ruimte maakte voor de in mijn hoofd welbekende faalangst en onzekerheid. Waar zal ik over schrijven? Durf ik zo open te zijn? En ben ik überhaupt wel goed genoeg in mijn werk om dit te doen?
Dikke, vette filters
Filteren kunnen de meeste mensen goed. Als ons gevraagd wordt hoe het gaat, gillen we meteen dat het allemaal pico bello gaat. Dat doe ik ook. Maar we laten daarbij soms, of zelfs vaak, een hoop informatie weg. Zo plaatsen we niet alleen filters over Instagram-plaatjes, maar ook over onze communicatie.
Het kan mij en misschien ook anderen druk opleggen om je altijd goed te moeten voelen. Want als het met iedereen altijd superlekker gaat en jij al blij bent als je het een paar dagen droog hebt gehouden, kan dat best eenzaam zijn. En daar draag ik dus zelf ook aan bij, met mijn stomme filters.
Ik dacht aan het doel van mijn teksten: eerlijk zijn. En dan écht eerlijk. Maar door al mijn onzekere gedachten wilde ik mijn emoties subtieler op papier zetten dan dat ik ze eigenlijk voelde: een column met een dik, vet filter eroverheen. En dat was nou net níet de bedoeling.
Tranen in de trein
Ik twijfelde zo lang dat mijn ogen zich vulden met frustratietranen, in de trein naar huis. Ik veegde ze geïrriteerd droog en keek of niemand het gezien had. Maar wacht, waarom doe ik dit, dacht ik. Onbewust trok ik weer een filter over mijn emoties. Wat maakt het eigenlijk uit als iemand mijn knalrode, betraande gezicht zou zien? Wanneer ik zelf iemand zou zien huilen, zou ik dat natuurlijk rot vinden voor die persoon. Maar de troostende gedachte dat het niet altijd met iedereen goed gaat, zou me minder eenzaam laten voelen in mijn mentale struggles. Het zou me de ruimte geven om me zelf soms ook onzeker of verdrietig te mogen voelen. Want is dat niet wat bij het leven hoort?
Mijn gevoelige hoofd draaide overuren door al deze gedachten en ja hoor: toen gingen de sluizen pas echt open. De tranen stroomden over mijn wangen en drupten op de blauwe treinstoel, het maakte me voor even niet meer uit.
(Echt) zonder filter
Zodra ik mezelf bij elkaar had geraapt, wist ik het ineens. Ik streek wat natte haren uit mijn gezicht en haalde mijn neus op – een paar medereizigers keken me zowel verschrikt als meelevend aan –, pakte mijn laptop en tikte erop los:
Ik ben Ruby en ik voel me (niet altijd) goed. Soms ben ik bang, onzeker, kwetsbaar, of voel ik een andere best irritante maar wel oprechte emotie. En ik jank wel eens (of eigenlijk best vaak), soms van blijdschap, dan weer van verdriet. En dat is waar ik over zal schrijven; zonder filter.
Meer lezen
- Meer columns zonder filter lezen.
- Waarom angst voelen niet altijd slecht is.
- Praten over gevoelens: makkelijker gezegd dan gedaan.
- Bente is eerlijk: zeven keer wat ik eerder had willen weten over hoogsensitief zijn.
- Waarom we ‘niet gelukkig zijn’ als onderdeel van het leven moeten zien.
Tekst Ruby Wijdenbosch